5 JULI 1994 357 al ingegaan, aan andere zaken die in deze stad spelen. We denken aan het criminaliteitsvraagstuk, aan de vraag of er meer geld voor de politie moet komen, maar laten we ook eens aan de bezuinigingen denken die we op dit moment nog voor ons krijgen, ook in de richting van de welzijnssector die het integraal verhaal wat betreft de criminaliteitsbestrijding ondersteunt. Voor ons is het dan, alles overziend, ondenkbaar dat we 2,3 miljoen per jaar bij gaan leggen aan de schouwburg. Ik vat nog een keer samen wattotnu toe onze analyse is: wij zijnnietverantwoordelijk voor de nu ontstane situatie, maar we willen wel een bijdrage leveren tot een oplossing waarbij de bijdrage van 2,3 miljoen, en dan zie ik dat als een minimum variant in het rapport, voor ons ondenkbaar is. En nogmaals, de positie van het CDA vinden wij bijzonder precair. Tot zover de analyse tot nu toe en rond september/eind augustus komen wij elkaar opnieuw tegen. De heer HEEREN De CD-fractie ziet de stadsschouwburg als een hele lange lijdensweg en ik ben benieuwd hoe het college zich daaruit redt. Wethouder VAN FESSEM Dat is kort samengevat inderdaad de vraag denk ik. Eind mei is de begroting van de schouwburg ingeleverd en toen werd het mij daarbij duidelijk dat de getallen zoals ze in het raadsbesluit van 1992 waren gesteld niet werden gehaald. Ik heb toen onmiddellijk voorgesteld om een bureau in te schakelen, omdat dat in het programakkoord was besproken maar het zou eigenlijkplaats vinden bij de verzelfstandiging dus pas minstens over een halfjaar. En dat dus nu naar voren te trekken om dan de begroting, daar waar een beleidsplan van is gemaakt te laten toetsen door een bureau en dat is Twijnstra-Gudde geworden. Zij hebben in een snelle, heel intensieve tijd hun rapport opgesteld en de berichten die daarvan vorige week binnen kwamen waren zorgelijk zoals u weet. Dinsdag heb ik in het college gemeld dat het rapport dat er aan kwam zeer zorgelijk was. Toen is besloten tot openbaarheid, dat is ook geschied. Wij hebben ook besloten om het raadsvoorstel over de verzelfstandiging van de agenda te halen, omdat dat zoals niet meer en niet minder in de brief van de voorzitter stond, toch met elkaar te maken had en er is besloten om die persconferentie, wanneer het rapport binnen zou zijn, te geven. Donderdag, eind van de middag, is het rapport binnengekomen. En zoals u weet was de persconferentie gepland op vrijdagmorgen 10.00 uur. Daar is het verhaal uit de doeken gedaan en daar is het ook meteen bezorgd bij alle leden van de raad. Ik moet helaas zeggen dat het daar wat fout is gegaan. Dat het een paar uur later is geworden, dat is even buiten onze competentie. Dus wat betreft de vraag van de VVD-ffactie: waarom op 1 juli, denk ik dat er zoals de D66-fractie bij monde van de heer De Leeuw ook al zei, nog nooit sneller iets naar buiten is gebracht dan in dit geval omdat we hebben gezegd: we maken het bekend, het is een hard rapport maar het is een glashelder rapport en we moeten daarmee aan de slag. Wat dat betreft zijn er al de nodige initiatieven en maatregelen genomen. Ik denk dat het heel zinvol is dat uw raad ons daarbij de gelegenheid geeft en ik kan u dan ondertussen ook mededelen twee data van behandeling. Wij stellen u voor om op 14 september een aparte commissievergadering Onderwijs, Cultuur en Economische Zaken te houden, maar dan zal deze hoofdzakelijk aan het onderdeel Cultuur zijn gewijd stel ik me zo voor, en op 29 september een extra raadsvergadering. De heer SCHRODER Ziet het college geen gelegenheid om inderdaad begin september de raad Wethouder VAN FESSEM Neen, wij zien geen gelegenheid daartoe.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 357