22 SEPTEMBER 1994
390
houden aan hetgeen wat is vastgesteld op papier. Ik wil nog even terugkomen op het artikel in
Elseviervan 10 september, daarvan heeft nu inmiddels geloof ik heel Breda kennis kunnennemen,
waarin de heer Ten Zijthoff aangeeft 7 miljoen nodig te hebben voor de programmering. Wij
waren uiteraard allemaal zeer verbaasd daarover, omdat de directie haar commitment, dus haar
goedkeuring, heeft uitgesproken over de in de de concerndienst vervatte stellingen. Gezien het
verleden met de directie zouden wij dit toch als vrij mager kunnen bestempelen. Wij hebben
gevraagd om een schriftelijke verklaring, die had u al gevraagd aan de heer Ten Zijthoff, heeft
u aangegeven in de commissie. Wij zijn heel blij dat die schriftelijke verklaring, ook vandaag op
tafel ligt. In de schriftelijke verklaring, voorzover de mensen dat inmiddels hebben kunnen
vernemen, van de heer Ten Zijthoff van 21 september 1994, beweert de heer Ten Zijthoff dat
het artikel geheel voor rekening komt van de journalist en dat hij in de laatste alinea wordt geciteerd
in een zodanige context dat de waarheid nogal geweld wordt aangedaan. En verder verbaast hij
zich over de bestuurlijke verontwaardiging over de laatste alinea. Het was niet niks wat hij daar
te kennen gaf over de 7 miljoen. Dus wat dat betreft blijven wij dat toch een vervelende zaak
vinden. Het vertrouwen van de CD A-fractie in het opereren van de artistiek directeur binnen de
aangegeven financiële kaders is dan ook zeer gering. Terug naar het besluit, want daar gaat het
dan uiteindelijk vanavond om: in besluit punt 2 wordt gesproken over instemming met het
concernadvies van de gemeentesecretarisWij vragen het college met klem in overweging te nemen
dit te schrappen. Dit is nu in het hernieuwde voorstel niet geschrapt. De reden van ons was: een
deel van de aanbevelingen en conclusies is in het raadsbesluit immers opgenomen. Nu punt 2 niet
is geschrapt, vragen wij of het mogelijk is dat in plaats van: instemmen met het concernadvies,
wij het kunnen lezen als: kennis nemen van. Ten aanzien van punt 7
De heer SCHRODER
Mevrouw Boidin, zou u dat nader kunnen onderbouwen? Ik probeer graag te begrijpen waarom
u die wijziging wilt.
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Ja, dat kan ik doen. Dat heb ik eigenlijk al aangegeven, een deel van de aanbevelingen en de
conclusies die essentieel zijn voor ons, is in het raadsbesluit opgenomen. Niet in alle aanbevelingen
en conclusies die in het concernadvies staan hebben wij nu op dit moment voldoende overzicht
en inzicht om daar nu al mee in te stemmen. En wij vragen dan ook om dit zo te lezen als: kennis
nemen van. Wat betreft punt 7, de dekking 2 miljoen. De dekking uit de besparing op het
bouwkrediet en/of de opbrengsten uit de verkoop van de Kloosterkazerne, hebben wij aangegeven,
is geen probleem. Wordt het toch een probleem, dan zijn wij bij de derde dekking uit het algemeen
investeringsplanvoor 1995 ten behoeve van één project. Wijhebbenheteenpreprioriteitgenoemd.
De wethouder Financiën heeft toen aangegeven: noem het geen preprioriteit omdat een totale
afweging van het investeringsvolume bedrijfsmiddelen bij de begroting 1995 plaatsvindt. Wij
kunnen akkoord gaan met punt 7 als wij de toezegging krijgen dat als het investeringsvolume
bedrijfsmiddelen wordt ingezet, wij daarover in de raad een aparte besluitvorming krijgen. Dit
in de eerste termijn.
De heer DE LEEUW
In 1992 heeft de meerderheid van de raad zich uitgesproken voor de bouw van een nieuw Chassé
Theater. Daarna hebben de vier huidige coalitiepartners afgesproken bij het ondertekenen van het
nieuwe programakkoord dat de exploitatiekosten binnen de door de raad vastgestelde bijdrage
moeten blijven en dat eventuele extra bouwkosten ten laste van de exploitatie zouden moeten komen.
Hiermee hebben de vier partners zich achter het project geschaard en er zou van een politieke
impasse ook geen sprake zijn geweest als wij binnen die gestelde randvoorwaarden hadden kunnen
opereren. Maar jammer genoeg lijkt dat niet te lukken en daarom is het college gekomen met het