22 SEPTEMBER 1994 400 laten we zeggen, december 1993 en april 1994, duidelijkere signalen moeten komen dat het zo erg was zoals een paar maanden later is gebleken? Wij zouden daarover en dan sluiten we ons aan bij de andere vragen zoals die ook door de heer De Leeuw daarover zijn gesteld, toch graag nadere informatie willen hebben voordat we tot een standpuntbepaling willen komen. Daarbij wil ik het laten. De heer VERPAALEN Schijn bedriegt. Degelijke rapporten blijken naderhand waardeloos te zijn en ook u heeft zich laten misleiden door de schijn hedenavond. Toen u zei dat op de publieke tribune de belangstelling klein was keek u naar boven en zei: er zijn weinig mensen. Toch vergat u dat de publieke tribune tegenwoordig grotendeels beneden zit waar een betere accommodatie is. De VOORZITTER Ik heb ze geteld voor u en het publiek bestaat voor meer dan 50% uit ambtenaren. De heer VERPAALEN U vergeet dat er beneden in de trouwzaal ook nog een heleboel mensen zitten. De VOORZITTER Die heb ik meegeteld. Ik heb zelfs gezegd tegen de ambtenaren dat ze vanavond 10,-- toegangsgeld moeten betalen en tegen de overige belangstellenden: 15,--. De heer VERPAALEN We zullen straks tellen. De Parel was en is altijd geweest tegen een schouwburg zoals deze nu wordt gebouwd. Vorige week zijn er in de commissievergadering zeer veel vragen gesteld over de financiën, daarover zal ik echter niet spreken. De teneur was: had het college ons destijds niet een te rooskleurig beeld voorgesteld door stomweg een aantal posten te vergeten, door voor een aantal andere posten een minimumvariant te kiezen en door te goochelen met bezoekersaantallen. Er zijn beschouwingen geweest tussen het voorstel destijds waarop de raad zijn beslissing had gebaseerd en de nadien verschenen rapporten. Doch omdat het in feite allemaal maar prognoses waren hebben ze eigenlijk geen reële waarde. Belangrijk in deze materie en dat is ook ter sprake geweest in de commissievergadering is het vertrouwen in de uitvoerenden, in de directie, in het college in zijn totaliteit, niet alleen in de wethouder. Het CDA sprak over de hoop en wederom het vertrouwen. De Parel heeft ondanks en wellicht juist door de in die commissievergadering gegeven antwoorden geen enkel vertrouwen in het project en kan niet instemmen met de voorstellen van het college. Want wij menen dat de mentaliteit van het college en de directie verkeerd is. Een directie die jarenlang heeft gezorgd voor tekorten, klaarblijkelijk geen reëel inzicht heeft in de exploitatie, niet onmiddellijk na het raadsvoorstel van 1992 een bedrijfsplan opstelt, vervolgens iets opstelt zonder rekening te houden met het raadsbesluit oftewel zich opstelt alsof zij boven deze raad staat en vervolgens publiekelijk verkondigt meer geld nodig te hebben dan uw college nu vraagt, een directie die toezegt voor een cateringbedrijf te zullen zorgen en daar niet in slaagt, een dergelijke directie verdient geen enkel vertrouwen. Een wethouder die klaarblijkelijk zijn ambte naren niet onder controle kan houden, die de directie niet vraagt om een bedrijfsplan op te stellen met inachtneming van het raadsbesluit, die ogenschijnlijk te weinig grip heeft op zijn ambtenaren om tijdig bij de onderhandeling over het te vormen college de juiste informatie voorhanden te hebben, verdient vind ik ook geen vertrouwen. En wat mij ergert is dat deze wethouder eigenlijk zo hardleers is. Het gaat om financiën en een van de belangrijkste punten is, wat gaat er met de kazerne gebeuren? Wat zegt de wethouder? Vóór 1 oktober kunnen gegadigden hun offertes of aanbiedingen doen. Wanneer de wethouder enig gevoel zou hebben gehad voor de politieke werke lijkheid had hij ervoor gezorgd dat deze voorstellen, deze aanbiedingen deze week, nu al, bekend MÜ

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 400