22 SEPTEMBER 1994 401 waren geweest, zodat wij in deze vergadering daarvan kennis hadden kunnen nemen en ze in onze besluitvorminghadden kunnen meenemen. Maardewethoudervindthetklaarblijkelijknietbelang- rijk. En die mentaliteit vindt De Parel verderfelijk. De wethouder en ook het college dat achter dit voorstel staat, behoort een voorstel pas te brengen als alle informatie welke relevant is voor de besluitvorming ook aan alle raadsleden bekend is en niet pas anderhalve week later. In dat ver band merk ik ook op dat ik het onjuist vind dat een brief van Ten Zijthoff niet aan alle raadsleden wordt verstuurd en verspreid maar dat deze alleen maar aan een aantal leden van de commissie is gegeven terwijl het antwoord van Ten Zijthoff toch wel degelijk belangrijk is in deze hele discussie. Maar dat is de mentaliteit. Wat betreft het vertrouwen in dit college: het merendeel van deze wethouders zat er in de vorige periode ook al als wethouder. Het voorstel destijds en de voorliggende voorstellen zijn door het merendeel van het college gedragen. Een van de pijlers, de P.P.P.-constructie, is niet verwezenlijkt. Derhalve meen ik dat er geen enkel vertrouwen in dit college zoals het nu bestaat aanwezig kan zijn. Een van de eisen bij de onderhandelingen van het vormen van een nieuw college was eerbiediging van de door de oude raad genomen besluiten. Dat was een van de redenen waarom de PvhZ afhaakte van de onderhandelingen destijds. En nu blij kt dat de besluiten van de vorige raad door dit college niet worden geëerbiedigdHet raadsbesluit namelijk dat het tekort niet groter mocht worden dan 4,6 miljoen was niet alleen voor de directie maar ook voor dit college taakstellend. Aan die taak heeft dit college niet voldaan en daardoor is de financiële basis onder dit college weggevallen. Hoewel, en dat is ook tijdens de commis sievergadering ter sprake gekomen, er geen meuwe gegevens bekend waren, althans aan de oppositie zijn onthouden, zijn er toch plotseling door de coalitiegenoten bijeenkomsten gehouden. Ik heb vanavond zelfs begrepen dat er geheime onderhandelingenzijn geweest en openbare onderhandelin gen. Ik vind dat toch een bepaald onjuist iets en het feit dat er dan in plaats van te bezuinigen uitgaven worden gedaan, althans worden begroot, waardoor het gat van deze gemeente nog groter wordt, is een mentaliteit die wij onjuist achten. Die mentaliteit is klaarblijkelijk: zien watje kunt pakken voor je partij en hoe het wordt gefinancierd is onbelangrijk. De belangen van de burgers van Breda die uiteindelijk dit alles moeten financieren worden buiten beschouwing gelaten. De wethouders die ook bij die vergadering aanwezig waren hebben niet geprotesteerd en zijn derhalve akkoord gegaan met deze uitgaven. Ze zijn niet afgetreden. Vandaar dat wij, De Parel althans, geen vertrouwen hebben in dit college en zij meent dan ook dat nu de financiële basis is weggevallen onder dit college, dit college vrijwillig zou moeten aftreden. Want daardoor zouden er nieuwe onderhandelingenkunnenplaatsvinden waardoor er een akkoordzou kunnen ontstaan met inachtne ming van de geringe bestedingsruimte voor het nieuwe beleid welke ontstaan is door het gat van de schouwburg. De Parel zal derhalve tegen alle voorstellen stemmen. Zij heeft bezwaar tegen een bedrijfsplan dat niet sluit op een tekort van 5,4 miljoen. De Parel is tegen een vergroting van elk tekort. Wij vrezen dat dit een slepende zaak wordt omdat we eerst hebben gezien een verhoging van 4,6 naar 5,4 miljoen, nu gaan we naar bijna 7 miljoen en we denken, althans wij zijn bang, dat er volgend j aar weer een voorstel komt tot verhoging en dat het uiteindelijk een bodemloze put blijkt te zijn. Ik wilde het hier in eerste instantie bij laten. De heer HEEREN In de vergadering van 5 juli heb ik in mijn inspreektijd de vraag gesteld: het concept-bedrijfsplan Chassé Theater is driejaar te laat. Ik zou graag een vraag voorleggen aan het college. Waarom is het concept-bedrijfsplan Chassé Theater niet in 1991 aangevraagd over 1992? Maar dat wil ik ook vragen aan de voorzitters van D66, PvdA, CDA en Groen Links. Want de ervaring leert nu weer, bij de doorlichting hadden we toen al tekorten kunnen vaststellen. En de ervaring leert, als bij dergelijke prestigeprojecten de burgerbevolking was betrokken via een referendum dan had men tot een meer verantwoorde besluitvorming kunnen komen. Bij de vergadering van 5 juli heb ik bij mijn inspreken gezegd dat Groen Links in eerste instantie tegen had gestemd, maar het blijkt veel erger te zijn: Groen Links heeft toen het er op aan kwam de vergadering verlaten. Als reden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 401