22 SEPTEMBER 1994 463 het voorstelDe VVD-fractie heeft nooit onder stoelen of banken gestoken dat privatisering, maar dan een echte, van het Chassé Theater haar voorkeur had. Een privatisering die er toe zou leiden dat de gemeente geen enkel risico meer zou lopen voor exploitatietekorten. Dat geldt in onze visie voor horeca-aangelegenheden maar eveneens voor de totale exploitatie van een schouwburgGoede voorbeelden zijn de exploitatie van de schouwburg in Almelo en het VSB-theater in Schevenin- gen. Slechte voorbeelden van een exploitatie door de gemeentelijke overheid zijn in het verleden Het Turfschip geweest en in het heden het Congresgebouw in Den Haag. Vanaf het begin dat dit project ging lopen hebben wij een voorkeur voor vergaande privatisering uitgesproken. Helaas is dit door de meerderheid van de raad nooit gehonoreerd. Ook nu doen wij gezien de gerezen financiële problemen wederom een beroep op het gezonde verstand van eenieder om de vergaande privatiseringsvariantwederom in overweging te nemen. Exploitatie door derden, niet overheidsge- bonden, betekent niet zoals zovelen in deze raad denken, alleen maar lach of ik schiet-produkties Als voorbeeld moge ook hier Almelo weer gelden waar sprake is van een redelijk brede programmering. En staat er in het bedrijfsplan van het Chassé Theater niet dat, wanneer de situatie dat vereist, er alleen in de grote zaal de uitgesproken publiekstrekkers worden geprogrammeerd? Dit is een standpunt dat ook een particuliere exploitant had kunnen innemen. En juist Breda krijgt nu een theater met drie zalen waarin die brede programmering mogelijk iszonder dat de exploitatie in totaliteit daaronder behoeft te lijden. Nu naar de voorstellen van hedenavondHet college beoogt met het instellen van een beheer-N.V. en een exploitatie-N.V. een optimale marktgerichte exploitatie en een slagvaardig beheer te institutionaliseren. Op zich klinkt dit goed en we vinden dit als VVD-fractie een eerste stap in de goede richting. Let wel, een eerste stap, want gezien het eerste deel van mijn betoog zult u zich niet verbazen dat ons standpunt blijft dat er daadwerkelijk dient te worden geprivatiseerd en we zien die situatie, wanneer de resultaten in de exploitatie tegenvallen, ook plaatsvinden. Echter dan is het paard achter de wagen gespannen en levert dit nooit zoveel meer op als indien we hedenavond zouden besluiten om echt te privatiseren. Voor wat betreft de privatisering: onzes inziens zijn exploitatie en artistiek beleid onlosmakelijk met elkaar verbonden. Hoe kan het zijn dat de gemeenteraad eerst een artistiek beleid vaststelt en daarna doet alsof de schouwburg een zelfstandige onderneming is? Het kan natuurlijk ook zo zijn dat het zogenaamd artistiek programma steeds meer een wassen neus wordt, zoals bleek tijdens de behandeling van de jaarrekening van de schouwburg in de commissie OCE toen de directeur mededeelde dat in verband met het wegwerken van de negatieve BER er meer publiekstrekkers werden geprogrammeerd en dat risico-voorstellingenzouden worden gemeden. De hele commissie knikt op dat moment ja, ook de grote voorvechters van de gemeentelijke invloed op het artistiek programma zwegen op dat moment in alle talen. Deze privatisering zoals deze nu wordt voorgesteld, blijft in de ogen van de VVD-fractie een schijnprivatiseringW ant hoe we het ook wenden of keren, in het voorstel staat dat de gemeenteraad eens in de vier jaar een subsidiebesluit neemt waarmee de schouwburgdirectie aan de slag kan. Eventuele tekorten en/of overschrijdingen van budgetten worden na afloop van de subsidieperiode geconstateerd en er rest de raad dan weinig anders dan extra kredieten te voteren. Van verzelfstandiging is dan geen sprake meer. Want hoe het college met de eventuele tekorten op de rekening van de N.V. zal omspringen blijkt niet uit de stukken. Komen deze te allen tijde voor rekening van de N.V., die in een zwartgallig scenario op de fles zou kunnen gaan, of is het college voornemens om de raad met de eventuele tekorten te confronteren om zodoende een beschamend faillissement met alle gevolgen van dien te voorkomen? Een goed controlemiddel, zolang er van echte privatisering nog geen sprake is, zal de jaarlijkse toetsing van de jaarrekeningen van beide N.V.'s zijn, met de daarbij behorende accountantsverklaring. Maar ook dan zijn we repressief bezig en is bijsturen in een lopend jaar zeer moeilijk. Overigens, hoe ver wij als gemeente van het exploitatiegebeuren gaan staan, illustreren de woorden van de directeur, dat problemen in de toekomst behandeld gaan worden in een ambtelijk overleg. Met privatisering heeft dat niets te maken. Tot slot de volgende vergelijking. Ten aanzien van de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 463