29 SEPTEMBER 1994 502 opzichte van de duurdere bouwwerken. Ook van de andere fracties heb ik gehoord dat zij daar best wel wat moeite mee hebben, maar ik heb in dezen geen aanpassingen gezien. Ik vind het echt een probleem. Ik had gehoopt dat de wethouder duidelijk nota had genomen van wat er eigenlijk een beetje raadsbreed is gezegd. Er is geen negatief stemadvies uitgebracht, maar iedereen heeft er duidelijke kritische opmerkingen over gemaakt, dat het toch wel echt vervelend is dat het zo duur zal worden voor die kleinere bouwwerken. Ik wil graag van de wethouder weten waarom hij het raadsvoorstel niet heeft proberen aan te passen aan datgene wat er in de commissie is gezegd Op zich zijn wij niet tegen het raadsvoorstel in zijn geheel, maar was het niet mogelijk geweest om dienaangaande een aantal punten te wijzigen en wat te versoepelen. Wethouder DE BRUIJN Mevrouw Croft heeft gelijk, er is uitgebreid gepraat over de relatie tussen bouwkosten en leges. Wij hebben ook geconstateerd in de commissie dat het uitgangspunt voor de raad is: de kostprijsdekkende tarieven, ook bij de leges. Het college heeft alleen gemeend dat wij bij kleine bouwwerken niet tot kostprijsdekkende tarieven over moeten gaan. Wij hebben wel geconstateerd dat wij op een gegeven moment een bepaalde prijs daarvoor moeten laten betalen en wij hebben op basis van evenredigheid gezegd dat een prijs van 200,-- een aanvaardbare minimale basis is voor die bouwaanvragen. Zouden wij de feitelijke doorrekening van de kosten doen, zoals wij die in de methodiek hebben aangegeven, dan zouden wij veel hoger uitkomen en dan zouden wij een rare verhouding krijgen. De heer Dubbelman heeft toen met name gevraagd: laat het verloop van de kosten en dergelijke eens zien, waarbij ook deze lagere bouwkosten en de kosten voor bouwvoorzieningen aan de orde zijn, en wat dat in de loop van de tijd nu exact betekent. Ik denk dat wij op dat moment terug kunnen komen om te kijken of het te hoog is of te laag. Wij moeten echter wel beseffen dat op het moment dat wij hier op een lager tarief gaan zitten wij elders weer hoger moeten gaan zitten, gelet op de uitgangspunten van de raad. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Wij hebben ook heel erg expliciet in de commissie gevraagd: hoe zit het nu met die overhead, wat kost alles nu eigenlijk in totaal? En daar krijgen wij nooit een duidelijk antwoord opEr wordt gezegd: het moet kostendekkend zijn. Maar ik zou graag van de wethouder die stukken krijgen waarin duidelijk staat: waar blijft dat geld, wat kost nu wat en wat zijn de overheadkosten geweest en hoe wordt dat doorberekend. En dat vind ik heel onduidelijk. Wethouder DE BRUIJN Ik denk dat mevrouw Croft dan misschien of wat beter moet luisteren in de commissie, of ik heb het onduidelijkgezegd. Ik ga uitvan het laatste. Allereerst moeten wij constateren dat in de stukken zoals die ook bij de discussie in de commissie aan de orde zijn geweest, expliciet per begrotingson derdeel is aangegeven over welke kosten wij het hebben als wij praten over toerekening van bouwleges en ook wat wettelijk toegerekend mag worden aan die bouwleges, daarvan zaten er uitgebreide staten bijBovendien is in de commissie ook gezegd dat we op de totale kostentoereke ning van de overhead, want dan praten wij over de totale dienst ROEZ en niet meer over de leges die hier aan de orde zijn, terugkomen in de begroting van de dienst ROEZ en daar praten wij hopelijk volgende week over. Akkoord. 174. HETAANVRAGEN VANVERKLARINGEN VAN GEEN BEZWAAR OP GROND VAN ARTIKEL 19 W.R.O. mma»

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 502