29 SEPTEMBER 1994 511 De heer HEEREN Dat zie ik niet als een service en zeker niet voor de bewoners die daar in de omgeving wonen, want de woonkwaliteit wordt daardoor wel minder. Is er een gemeentelijke verordening over het plaatsen van motorbrandstoffenverkooppunten? Moet er een bepaalde afstand bestaan tussen benzinepompen, of mogen er twee benzinepompen in één straat worden gevestigd? De VOORZITTER Ik zou het eens zijn geweest met degenen die zeggen dat het woord "motorbrandstoffenverkooppunt" een verkrachting is van de Nederlandse taal. Wethouder DE BRUIJN Het merendeel was een stemverklaring van de heer Heeren, over een beleid dat in dezen wordt gevoerdEr is in de commissie Economische Zaken regelmatig gepraat over de motorbrandstoffen- verkooppunten, waarover op een gegeven moment een beleid is neergelegd. Omdat het onder de detailhandel valt hoort dat specifiek thuis bij de sector Economische Zaken. Er is dus nadrukkelijk een beleidsnota. Er wordt ook regelmatig gepraat over welke motorbrandstoffenverkooppunten wegvallen en waar ze terugkomen. Dat is daar nadrukkelijk aan de orde. Dus de aantallen en dergelijke zijn daar bekend en deze past volledig in die lijn, omdat het aan de uitvalsweg ligt in het Bredase. Overigens, de afstand tot de Chopinstraat is fors, heel fors. De heer HEEREN Daar ben ik het helemaal niet mee eens. Ik blijf bezwaar aantekenen tegen het vestigen van een motorbrandstoffenverkooppunt, zeker in zo'n korte nabijheid bij de Chopinstraat. Ik vraag me af of de bewoners hier ook bij betrokken zijn. Alleen al uit milieu-overwegingen zou men er tegen moeten zijn. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van de CD geacht wil worden te hebben tegengestemd. 177. VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN GEDEELTE VAN HET VOORMALIG KLOOSTERKAZERNEGEBOUW Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Voorzitter, zoals u zelf al eens een keer heeft gezegd, we hebben nu zelfs de voorzitter van het landelijk platform in de raad zitten. En u bent daar zeer trots op. Ik ook, want het is heel goed dat wij dat in het land hebben en dat er nog eens iemand kritiek heeft op het artikel 19-beleid en vooral nu weer voor wat betreft de schouwburg. Er wordt nu een voorbereidingsbesluit genomen omdat we wat tegenslag hebben gehad met die schouwburg. Er is toevallig geen hotel in gekomen, kan gebeuren, foutje, moet kunnen, dus nu moeten die brandmuren een stukje worden verschoven en dat betekent datje niet meer onder je verklaring van geen bezwaar valt. Je moet dus een nieuwe verklaring van geen bezwaar zien te krijgen, want de bouwvergunning die verleend is, is er dus net te krap voor en dus gaan we weer verder met weer een artikel 19-procedure, dat de brandmuur daarheen kan gaan. Ik vraag me af: waar ben je toch mee bezig waar het gaat om zo'n grootschalig project. Het was al een heel erg ad hoc-besluit, u weet hoe ik daarover heb gedacht en tot hoever ik ben gegaan om dat tegen te werken. Nu gaan we dus weer een ad hoc-besluit nemen, omdat het wat tegen zit en het voorbereidingsbesluit is de eerste stap daarvoor. Om die reden zullen wij tegen het voorbereidingsbesluit stemmen, omdat het alleen maar ad hoc is en helemaal geen ander doel dient. Het is gewoon slecht gepland, er is niet over nagedacht en nu is het pech hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 511