29 SEPTEMBER 1994 544 architectuurbeleid. Hoe je aan architectuurbeleid verder gestalte geeft kost een hoop tijd en dat zal de commissie WAM zelf moeten doen. Haar wettelijke taak is om te bezien of een en ander voldoet aan ten minste de redelijke eisen van welstand. En in die zin heb ik dat "mooi en lelijk" bedoeld. Ik geef toe dat misschien wat kort door de bocht is weergegeven wat hun functie dan is, uitgaande van de stedebouwkundige randvoorwaarden. Overigens zijn wij nadrukkelijk met de commissie aan het discussiëren over het feit dat zij veel eerder betrokken moet worden bij de stedebouwkundige randvoorwaarden, omdat daarmee al een gedeelte wordt neergelegd van: hoe ga je met architectuur om. Dus in die zin was die opmerking bedoeld. Ik moet constateren, ook in de richting van de heer Scheltens, dat juist die commissie op basis van de omgeving en van het gebouw heeft gezegd: deze hoogte en deze transparante opbouw is een goede invulling van het geheel, je moet er geen laag afhalen. Zij hebben hier dus ook nadrukkelijk op deze manier naar gekeken. Mevrouw Van Beusekom zei: je moet eerst toetsingscriteria hebben. Die zijn er ook. Dat heb ik ook getracht aan te geven. Die zijn ook in de discussies met de overleggroepen in Ginneken aan de orde geweest. Daarbij is ook sprake geweest van vier bouwblokken. Daarbij is overigens en dat heb ik al eerder aangegeven niet direct over de hoogte gepraat, maar veel meer over het bouwen daar en de hoeveelheden bouwblokken. Later is die hoogte en dat ben ik met iedereen eens, dat heb ik ook al eerder aangegeven, nadrukkelijk aan de orde geweest. Het zal u ook duidelijk zijn dat naar aanleiding van de opmerkingen ook het bestemmingsplan nog nadrukkelijk in die zin moet worden aangepast. Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Ja, maar dat is ook het moeilijke. Er is nu een bouwplan en daar hebben de mensen bezwaren tegen. En waar zij bezwaren tegen hebben, dat wordt later ingepast in het bestemmingsplan. Daar heb je veel aan. Wethouder DE BRUUN Neen, neen, het ligt iets genuanceerder. U moet constateren dat het bouwplan waarop de mensen hebben kunnen reageren en dat is toegelicht, het bouwplan is zoals het hier voorligt. Men kon daar dus op dat moment op inspreken en reageren. Het is niet zo dat er nu een bestemmingsplan Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Maar die weerlegging ligt er toch; ook kort door de bocht. Daar hebben de mensen nul komma nul aan. Het is hetzelfde als met Putakker, daar ligt een bouw afscheiding. Natuurlijk ligt die er. Die legt u zelf. En als u er straks iets anders legt, legt u het er zelf. Dat is niet overtuigend naar mensen. Daar heb je meer argumenten voor nodig dan dat je zegt: ik doe dit of ik doe dat. Dat is geen communicatie. Dat is een ander vertellen: lees het zo, zo moetje het interpreteren, zo moet het, zo is het. Ik had het juist over die paragrafen communicatie burger-bestuur. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Mevrouw Van Beusekom, bespaar u de moeite. Het is echt water naar de zee dragen. Het is echt hopeloos. Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Neen, neen. Ik weet dat het eens lukt. Dat weet ik. Ik ga ermee door en dat werkt. Op den duur heeft men door waar het over gaat. Wethouder DE BRUIJN Mijnheer Boer, ik weet dat er een particulier initiatief is geweest, door een voor mij ook niet onbekend iemand. Ik heb alleen moeten constateren dat op dat moment de gemeente niet in beeld

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 544