25 OKTOBER 1994 583 De heer TAKS Ik zal proberen, voorzitter, of ik het hier en daar wat in kan korten. Ik wil in elk geval enige bezorgdheid uiten over de manier waarop de bezuinigingsoperatie van 1995 is ingevuld. En dan met name ten aanzien van de bezuiniging op de onderhoudsbudgetten van de dienst Stadsbeheer. Kan het college garanderen dat, ondanks die maatregel, de onderhoudstoestand van wegen, bruggen, tunnels en viaducten op een voldoende niveau kan worden gehandhaafd? Dat is een essentieel punt. Het zal u niet verbazen dat wij er niet mee kunnen instemmen dat de verlaging van de V.V.V.- subsidie,zij het nu gespreid over twee jaren, onverkort wordt gehandhaafd. Bij dekadernotabehan- deling heeft de raad met algemene stemmen uitgesproken dat voor de subsidievermindering in de kadernota onvoldoende motivering werd gegeven. De VVD-fractie stelt nu vast dat het college er kennelijk niet in geslaagd is een nadere motivering voor die korting te vinden. Want de Nota van Aanbieding zwijgt daarover in alle talen. Bovendien is het college er niet in geslaagd in overleg met de V.V.V., te komen tot een gewijzigde financiële verhouding en daarover vóór de begrotingsbehandeling 1995 aan de raad te rapporteren. Onze conclusie moet dan ook luiden dat de motie niet is uitgevoerd. Wij gaan er niet vanuit dat er sprake is van onwil van het college, maar dat hier duidelijk sprake is van een onmogelijkheid om de motie uit te voeren. En onder deze omstandigheden is het een kwestie van rechtszekerheid voor de subsidieontvanger, dat in elk geval over 1995 de subsidie onverkort wordt uitgekeerd. Wij zijn ook hier weer aangenaam verrast door de duidelijkheid van de heer Adank die heel helder heeft gezegd wat hij van het college verlangt. Hij heeft duidelijk de pin op de neus gezet van zijn geestverwante wethouder. Ik wil dat graag ondersteunen met een motie. Omdat ik mijn tekst wat inkort, zal ik niet al te zeer uitweiden over de zorg van de VVD over de risico- en reservepositie van de gemeente, die verslech terd is in verband met de besluitvorming over de schouwburg. We hebben voorgestemd omdat we de schouwburg een goede startpositie willen gevenbij de verzelfstandiging. Maar een dergelijke financiële operatie is niet voor herhaling vatbaar. De wethouder Financiën heeft ook heel duidelijk gezegd: eens maar nooit weer. Onze waardering voor die woorden. We hebben dus echt wel vertrouwen in die wethouder, hij maakt soms hele verstandige opmerkingen. Maar wij blijven toch pleiten voor een verdergaande vorm van privatisering. Het is uitgesloten dat er zich in de toekomst geen tegenvallers meer zullen voordoen. Er blijft toch een financiële band met de N. V. bestaan, daarom zeggen wij: zorg er toch voor dat u tot overeenstemming komt met een derde die een deel van het exploitatierisico voor zijn rekening neemt. Er zijn recent interessante voorstellen uit het bedrijfsleven gedaan. We gaan daarover niet in het openbaar onderhandelen. We vragen u wel of er op het ogenblik onderhandeld wordt en met wie en op welke termijn we daar resultaten van mogen verwachten. In het algemeen is de VVD voorstandster van publiek- private samenwerking. De risico's moeten daarbij op een evenwichtige manier worden verdeeld over de partner en over de overheid. Dat betekent dat de gemeente dan moet kunnen onderhandelen op basis van gelijkwaardigheid vanuit een krachtige positie. En dan is publiek-private samenwerking een hele goede zaak. Dat is ook het geval op het terrein van de Volkshuisvesting. Ook daar is samenwerking met projectontwikkelaars soms zeer vruchtbaar. Helaas is dat niet mogelijk als zich een situatie voordoet dat de gemeente onverhoeds wordt geconfronteerd met een overval, zoals onlangs waar twee projectontwikkelaars 50 hectare agrarische grond hebben aangekocht in de Haagse Beemden. De VVD-fractie vraagt zich met bezorgdheid af, of hier sprake is van een falend gemeentelijk aankoopbeleid. Het is een onverkwikkelijk incident en dat mag zich niet herhalen. Wat denkt het college te doen om de verdere schade voor de stad te beperken en in de toekomst dit soort praktijken te voorkomen? Wellicht zijn het ook private ondernemers die de gemeente moeten helpen om een eind te maken aan de jarenlange lijdensweg van de toekomstige zwembaden configuratie. Die lijdensweg was ook de lijdensweg van de portefeuillehouder. Wethouder De Bruijn is bij de recente portefeuillewisseling van die last bevrijd. Hij heeft het project doorgegeven aan collega Van Raak. Ik vraag me af of dat voor collega Van Raak een vergiftigd geschenk zal blijken te zijn. Dat is uiteraard niet zo bedoeld door de heer De Bruijn, maar ik hoop voor de heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 583