26 OKTOBER 1994
631
problematiek, dat is ook die o .z.b .-tariefbevriezing. Daarvoor moeten uiteraard andere prioriteiten
wijken, of andere bestaande activiteiten binnen de begroting worden gekort.
De heer VAN DE STEENOVEN
En het zou van politieke moed hebben getuigd als u dan zou hebben aangegeven waar dat dan
vandaan had moeten komen. Maar dat doet u niet.
De heer TAKS
Ik heb dat voor de O.Z.B. gedaan, maar voor de V.V.V.-subsidie vind ik dat niet nodig, dat is
een zaak voor het college, dat is een knelpunt. Dat begrip is u niet onbekend neem ik aan?
De heer VAN DE STEENOVEN
Het is bekend, maar ik vind het erg gemakkelijk. Maar ja, oppositie is gemakkelijk.
De heer TAKS
Dan zult u ook niet tegen kunnen spreken, mijnheer Van de Steenoven, dat juist het programakkoord
ook niet op zijn effecten is doorgerekend, dat is gewoon drijfzand. Er is voor 1996 niets concreets
te zeggen wat dat betreft. Maar wij durven heel goed de uitdaging van D66 aan. Dat is daarstraks
al gezegd en nog eens bevestigdAls wij straks de kadernota zien, dan kunnen wij precies aangeven
op welke prioriteiten van de drie collegepartijen eventueel gekort kan worden. Dat is volstrekt
helder. Ik ga even door over de V.V.V.omdat dat een heel essentieel punt is. Ik heb gewezen
op de rechtszekerheid. Ik heb gewezen op een mogelijke beroepsprocedure. Er is al eens eerder
zo'n beroepsprocedure geweest die voor de gemeente niet al te goed afgelopen is. Ik denk toch
dat het tegen die achtergrond wijs zou zijn van het college als men in ieder geval voor 1995 af
zou zien van de subsidiekorting en dat is wat de motie ook vraagt, de motie bedoelt te zeggen:
ga verder in overleg met de V.V.V. en kijk wat er verder uitkomt. Maar het werk is niet af en
zolang het werk niet af is gaat het niet aan de korting door te voeren. Dat zou naar onze mening
schade toebrengen aan de relatie met de V.V.V. en naar mijn mening ook aan het goede verkeer
tussen college en gemeenteraadHet is geen kleinigheid als een motie door het college is overgeno
men en niet wordt uitgevoerdWij hebben in onze algemene beschouwingen nog eens gepleit voor
werkelijke privatisering van het Chassé Theater en daarover enkele vragen gesteld die niet
beantwoord zijn. Ik heb er aan herinnerd dat onlangs door het bedrijfsleven enkele interessante
plannen gelanceerd zijn en dat het college er goed aan zou doen serieus met die initiatiefnemers
te overleggen. Wij hebben er begrip voor dat er niet in het openbaar kan worden onderhandeld,
dat kan uiteraard niet. Daarom vragen wij ook niet om gedetailleerde informatie. Wel wil de VVD-
fractie weten, ik herhaal dat nog een keer, of er momenteel wordt onderhandeld en met wie en
op welke termijn er resultaten mogen worden verwacht. Die vraag is niet beantwoord. De VVD
wil nog even op het volgende ingaan, zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan over enkele
uitlatingen: ze is en blijft voorstandster van publiek-private samenwerking. De risico's moeten
daarbij wel op een evenwichtige manier worden gespreid. Dat betekent dat de gemeente op basis
van gelijkwaardigheid met het bedrijfsleven moet kunnen onderhandelen. Publiek-private
samenwerking is alleen mogelijk vanuit een sterke gemeentelijke onderhandelingspositie. Naar
onze mening is daarvan bij de schouwburg nog altijd sprake. Er mag echter geen tijd verloren
gaan. Als er zich verdere tegenvallers voordoen komt de gemeente in een dwangpositie en bepaalt
de wederpartij de voorwaarden. Voor samenwerking met de projectontwikkelaars op het terrein
van de volkshuisvesting geldt hetzelfde, heb ik gezegd gisterenavond. Bij goede afspraken kan
een dergelijke samenwerking uiterst vruchtbaar zijn. Helaas is dat niet meer mogelijk in het geval
van die beide projectontwikkelaars die in de Haagse Beemden een overval op de gemeente hebben
gepleegd. En de VVD-fr actie blijft zich afvragen of er hier nu sprake is van een falend gemeentelijk
aankoopbeleid. Naar onze mening tilt het college toch te licht aan dit onverkwikkelijk incident,