26 OKTOBER 1994
632
gezien de beantwoording in eerste termijn. Het bestaande beleid garandeerde enerzijds dat
verantwoorde grondprijzen werden betaald en anderzijds dat er aan belanghebbenden sociaal en
markttechnisch verantwoorde schadeloosstelling werd betaald. Daardoor kon de grondexploitatie
in de loop der jaren vrijwel altijd in de meeste gevallen sluitend worden gemaakt. Het is opvallend
dat die projectontwikkelaars, waar ik over sprak, voor wat betreft grondaankopen niet hun oog
hebben laten vallen op bijvoorbeeld Westerpark, maar wel op dit voorlopig nog agrarisch gebied
in de Haagse Beemden. De VVD hecht zeer aan het particulier ondernemerschap, maar praktijken
als deze kunnen de gemeente in de toekomst voor grote financiële problemen plaatsen. En graag
vernemen we van het college hoe het college dit concrete probleem denkt op te lossen en wat er
wordt ondernomen om herhaling te voorkomen. Het college moet toch meer kunnen dan alleen
maar verwijzen naar depaarse wetgever. T enslottenog een opmerking over de zwembadenconfigu
ratie. Ik heb door de tijd genoopt gisteren mijn betoog niet helemaal kunnen afmaken, ik heb alleen
een opbeurend woord gesproken in de richting van wethouder Van Raak die dat ook zeer op prijs
stelde, heb ik begrepen. Ons standpunt inhoudelijk: de zwembaden zijn in onze ogen geen
wijkvoorzieningen, maar ze moeten wel evenwichtig over de stad worden gespreid. De VVD kiest
mede met het oog op de toekomstige gemeentegrenzen voor handhaving en dus aanpassing aan
de eisen van de tijd van Wisselslag en Wolfslaar, alsmede voor een nieuw te bouwen overdekt
zwembad op een nader te bepalen centraal gelegen locatie.
De heer SCHRODER
De heer Adank is in zijn algemene beschouwingen gisteren ingegaan op het ordelijk verloop van
de vergaderingen. Hij heeft daar vandaag ooknogeenpaar opmerkingen over gemaakt. Voorzitter,
dat is voor mij toch aanleiding om even stil te staan bij een kort incident, zoals ik dat graag noem,
van gisterenavond, namelijk de wijze waarop u meende de vergadering te moeten afsluiten terwijl
de heer Boer van de PvhZ toch, voordat de hamer viel, ik heb dat zelf ook kunnen constateren,
om een ordepunt vroeg en daar nog iets over wilde zeggen. Wat mij betreft was dat een volstrekt
onjuiste bejegening jegens de heer Boer. Het zou aan de raad moeten zijn om te beslissen of iemand
gelegenheid krijgt om een punt van orde in te brengen en al of niet in te gaan op dat punt van orde.
Het is niet aan u om de hamer te laten vallen en alsnog de raad toe te roepen dat de vergadering
gesloten is.
De VOORZITTER
Excuseert u mijmaar het Reglement van Orde geeft buitengewoon precies aan wanneer er sprake
is van een punt van orde. Dat kan alleen maar betrekking hebben op het toevoegen of het wijzigen
van de agenda die op dat moment aan de orde is. En aangezien wij bezig waren met de eerste
termijn, die was afgesloten, was er geen enkele mogelijkheid voor wie dan ook om een punt van
orde aan de orde te stellen.
De heer SCHRODER
Het had elke wijziging kunnen zijn. U had de heer Boer
De VOORZITTER
Er was geen wijziging, want de vergadering was afgelopen. Dus er kon überhaupt geen wijziging
meer plaatsvinden ten aanzien van de agenda.
De heer SCHRODER
De vergadering is afgelopen zodra de hamer valt. En ik denk dat het nog steeds de bevoegdheid
van de raad is om te besluiten wanneer de vergadering sluit.