26 OKTOBER 1994
vrouwelijke leden. Dat is de concessie die er in de commissie nog in tweede instantie uit is
gekomen. Wat ons betreft gaat dat niet ver genoeg. Deze formulering laat ruimte open dat er een
commissie bestaat uit vijf leden en nog steeds maar één vrouw en dat vinden wij in ieder geval
te weinig. We zouden heel nadrukkelijk in dit artikel gesteld willen hebben dat er een meerderheid
van vrouwen in die Klachtencommissie moet zitten. Van ambtelijke zijde is er op gereageerd dat
het toch wel erg moeilijk zal zijn om in de ambtelijke organisatie voldoende vrouwen te vinden
die in zo'n commissie zitting zouden willen nemen. Dat is een argument dat ons niet overtuigt,
dus vandaar dat we erg graag dit punt in artikel 5 gewijzigd willen hebben. Onze fractie zal daar
een amendement op indienen, dat inmiddels mede is ondertekend door de leden Taks en Van
Beusekom van de fractie van de VVD en was ondertekend door het lid Boer van de Parel van het
Zuiden, maar ik weet niet of die handtekening gehandhaafd moet blijven.
Het door de heer Schroder ingediende amendement luidt als volgt:
AMENDEMENT
met betrekking tot het voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van de Klachtenrege
ling Sexuele Intimidatie, agendapunt 223, geagendeerd voor de vergadering van 26 oktober 1994;
Ondergetekenden, leden van de raad der gemeente Breda,
gelet op het bepaalde in artikel 30 van het Reglement van Orde;
stellen de raad voor te besluiten als volgt:
De raad der gemeente Breda;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders tot vaststelling van de "Klachtenregeling
Sexuele Intimidatie gemeente Breda" en het daarbij horende raadsbesluit;
besluit:
het ontwerp-raadsbesluit te wijzigen als volgt:
I. Artikel 5, lid 2, over de samenstelling van de Klachtencommissie wordt als volgt gewijzigd:
5.2 De Klachtencommissie bestaat uit ten minste drie leden en voor een meerderheid uit vrouwelijke
leden;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
De VOORZITTER
Het amendement voldoet aan de daartoe gestelde vereisten, het kan worden rondgedeeld en maakt
onderdeel uit van de beraadslaging.
Mevrouw HEERKENS
Wij kunnen ons aansluiten bij hetgeen de heer Schroder naar voren heeft gebracht. Ik denk dat
het heel verstandig is dat vanuit het college toegezegd wordt dat een meerderheid van die commissie
uit vrouwen bestaat.
688