23 FEBRUARI 1994 71 Wethouder VAN RAAK Ik kan het voor de derde keer betogen, mijnheer Garritsen, maar ik schijn voor dovemansoren te praten De heer GARRITSEN U had gisteren in Princenhage moeten zijn, dan had u dat kunnen uitleggen. Wethouder VAN RAAK Daar was ik niet, ik zat ergens anders, maar het gaat er mij gewoon om dat de behoefte voor de zwerfgroepjongeren op dit moment wordt opgevangen door de SJAH. Dat is een accommodatie in de Talmastraat, dat moet u ook weten. Dus wat dat betreft dacht ik dat wat de accommodatiebe hoefte betreft een voorlopige voorziening was getroffen. Dan de opmerking voor wat betreft de motie van Groen Links met betrekking tot de kinderopvang. Als de heer Schroder zijn motie zo vertaalt dat hij zijn zorg wil uitspreken, dan kan hij zijn eigen motie niet lezen. Er staat iets heel anders, er staat heel simpel dat hij 70% wil financieren voor gesubsidieerde opvang, dat is van een geheel andere orde. Ik heb daarvan de financiële consequenties aangegeven, die ik op dit moment niet kan overzien. Ik weet niet of de heer Schroder ze kan overzien, maar ik acht ze op dit moment De heer SCHRöDER 2,2 miljoen. Wethouder VAN RAAK zeker niet betaalbaar. Dus wat betreft zijn afzwakking van die motie: het is buiten twijfelVoor wat betreft zijn zorg, dat is een ander aspect, voor wat betreft de toekomst: dat is een andere zaak. Ik stel me ook voor dat ik u regelmatig daarover zal rapporteren of mijn opvolger, of weet ik veel wie dan ook, maar u krijgt gerapporteerd, laat ik het dan zo zeggen, wat de ontwikkeling is met betrekking tot de gesubsidieerde plaatsen. U spreekt van 30% naar 70%Ik heb aangegeven dat ook nominaal nog niet eens duidelijk is over welke percentages van welke nominale getallen we spreken. Het kan best zijn dat door een x-aantal inkomstenvermeerderingen die we halen uit de bedrijfsplaatsen, het nominale aantal van de gesubsidieerde kindplaatsen ook toeneemt. Dus wat dat betreft: dat moet allemaal nog worden berekend, die cijfers krijgt u en ik beloof u dat u voor wat betreft uw zorg de mogelijkheden krijgt om daarop verder door te borduren. De heer SCHRÖDER Maar u bent het met me eens dat het de instellingen op dit moment al nauwelijks lukt om de 30-70 norm te handhaven, 30% bedrijfsplaatsen, en vanaf 1 januari 1995 naar 70% bedrijfsplaatsen moeten. Het kan toch niet anders zijn dan dat er gaten in de gesubsidieerde opvang vallen en dat de wachtlijsten aanzienlijk veel langer worden? Als u dat niet eens kunt onderschrijven, dan begrijp ik het gewoon niet. En dan hoeven we nog niet te praten over aantallen, want ik zie best dat die aantallen in absolute zin best wat genuanceerder kunnen uitpakken, ook zoals het financiële plaatje, maar u zegt dit moment die zorg, ja, het zal wel allemaal zo zijn, we moeten nog eens kijken hoe het uitpakt. Straks pakt het verkeerd uit en dat is de inschatting, maar dan zijn er geen gelden voor. Wethouder VAN RAAK Het lijkt mij nogal voor de hand liggend, dat wanneer je van 70% 30% maakt, de druk op de gesubsidieerdeplaatsen toeneemt, dat hoef je niet in te schatten. Ik weet alleen niet hoe dat nominaal moet worden vertaald, maar mijn bezwaar tegen uw motie is dat u tegelijkertijd een bedrag beschikbaar wil stellen om het hele effect teniet te doen en dat is een wezenlijk andere discussie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 71