22 DECEMBER 1994 807 offerte te doen. Wij hebben u gevraagd: geef de gegevens en zijn er meer gegadigden? Dat was allemaal niet nodig, maar het is vanavond al wel weg. En dan wil ik u toch vragen: u houdt dus staande dat hier absoluut weer sprake is van een toevallige samenloop van omstandigheden en dat er absoluut niet gesproken kan worden over bewust sluipende besluitvorming? Ik moet zeggen: het heeft er alle schijn van! De heer VERPAALEN Ik kan mevrouw Van Beusekom alleen maar toejuichen dat ze deze concrete vragen heeft gesteld. Bij ons is er in feite ook het wantrouwen. Het wantrouwen, dat op dit moment het bestuur ogenschijnlijk door een statutenwijziging, of zelfs dat niet, door een bestuurswijziging op een gegeven moment weer de macht van de ambtenarij laat insluipen, waarvan toch langzamerhand bewezen is dat die niet geschikt is om dergelijke projecten te leiden. En vandaar dat wij dus ook tegen dit besluit zijn. Wethouder VAN OS Mijnheer de voorzitter, ik wil sterk protesteren tegen dit soort constateringen over ons ambtelijk apparaat. Ik verzet me daar ten zeerste tegen! Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Mijnheer Verpaalen bedoelt ook gewoon het college, hoor. De VOORZITTER Maar daar verzetten wij ons ook tegen. Maar hij zei de ambtenaren en de heer Verpaalen kent het verschil tussen een ambtenaar en een lid van het college. Dat mag ik toch aannemen, mijnheer Verpaalen? Het zijn twee afzonderlijke beestjes. De heer VERPAALEN Het zijntwee afzonderlijke beestjes. Het college van B&W wordt geacht de ambtenaren te leiden, maar het college doet dat onvoldoende en deswege kunnen de ambtenaren het ook niet. De VOORZITTER Maar het college blijft verantwoordelijk. U heeft in de raad alleen maar te maken met het college en het college is politiek verantwoordelijken als u dus iemand aanspreekt dan spreekt u het college daarop aan en nooit ambtenaren. Wij discussiëren met elkaar nooit over ambtenaren, we discussiëren met politiek verantwoordelijken en dat is in dit geval de wethouder van onder andere zwembaden, die u nu gaat antwoorden. Wethouder VAN RAAK Ik heb niet al te veel zin om op de opmerking van de heer Verpaalen in te gaan, omdat ik die totaal niet kan plaatsen. Ik weet niet waarover hij spreekt en waarom hij dit uitspreekt. Ik begrijp alleen dat hij de opmerking van mevrouw Van Beusekom toejuicht en laat ik daar dan op ingaan. De bedoeling is niet dat we van het een in het ander gaan. Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX Wat bedoelt u met het een en wat bedoelt u met het ander? Wethouder VAN RAAK Luister, ik begrijp uw probleem.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 807