29 MAART 1994 De heer GARRITSEN Mag ik dan toch in de richting van de heer Bokkelkamp spreken? In de commissie was hij heel duidelijk. Die motie hebben wij aangekondigd, dat hebben wij ook gezegd. Het antwoord van het college kwam en dat was niet voldoende. Dan De heer BOKKELKAMP U weet hoe dat werkt bij de VVD-fractie, mijnheer Garritsen, en zo zal het altijd blijven werken. Wij spreken in de commissie a titre personnel en nader fractieberaad kan een iets andere mening naar voren brengen. De heer GARRITSEN U bent dus teruggefloten. De heer VAN OS In de eerste termijn heb ik mij aangesloten bij de vraag van de heer Van de Steenoven, daarop is het college niet echt ingegaan dus ik verwacht in de tweede termijn daarop wel een reactie. Aan de andere kant is het duidelijk voor onze fractie, als het college over het functioneren van de burgemeester, ik neem aan dat het college daarover uitgebreid heeft gedacht, van mening is dat het op deze wijze zal moeten, dan is wat ons betreft het sop de kool niet waard. Dan zullen wij het voorstel steunen en dus niet de motie steunen. De heer GARRITSEN Betreffende de 2 miljoen investeringen, krijgen wij het bekende antwoord. Het gaat om het verwijt aan het college dat zij onvoldoende vooruit heeft gekeken om de zaken op tijd op te pakken waardoor het efficiënter en beter had gekund. Ten aanzien van de motie: op zich betreft het natuurlijk een detail uit het geheel, maar waar het gaat om een stukje rechtvaardige verdeling van de schaarse ruimte denken wij datje het zo niet moet doen. Het andere punt is: het representatieve Stadhuis heeft de mogelijkheden om datgene wat u met de uitgebreide collegekamer wilt doen, hier is een prachtige burgemeesterskamer, hier is een ontvangstruimte, die is daarvoor in gebruik. Wat betreft het verhaal van het in twee rijen zitten op de werkkamer van de burgemeester denk ik als dat soort problemen zich voordoet, dat er hele andere oplossingenzijn. We vindenhet gewoon een detail, maar wij vinden het wel principieel genoeg om daarover een uitspraak van de raad te vragen. De VOORZITTER De heer Dubbelman heeft gevraagd om een schorsing. Ik vraag even of de wethouder de behoefte heeft om nu te antwoorden of dat hij even de schorsing wil afwachten. Neen? Dan schors ik nu de vergadering voor vijf minuten. SCHORSING De VOORZITTER heropent de vergadering. De heer DUBBELMAN Ik kan kort zijn. Onze fractie had nogal wat bedenkingen ten aanzien van het voorstel. De beantwoording van het college is zodanig dat er zoveel bedenkingen, niet alle, zijn weggenomen, dat wij ons niet meer verzetten tegen het collegevoorstel met die kanttekening dat wij ook een relatie constateren met de besluitvorming van december 1993. Wij wijzen op de argumenten die wij hebben gewisseld, met andere woorden: kijk kritisch naar de huisvesting, ga over niet al te lange tijd deze ook zien in het licht van de deconcentratie, de decentralisatie bij de herindeling straks. Als wij 116

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 116