26 JANUARI 1995 13 Wethouder VAN DONGEN Voor degenen die geteld hebben: bijna 20 miljoen voor een nieuw NAC-stadion. Het is een totaalbedrag, opgebouwd, voor de volledigheid nog maar eens, uit de volgende bedragen: 6 miljoen herontwikkeling Van Sonsbeeckpark, ik praat even zonder de indexeringen, 6 miljoen uit algemene middelen, 3 miljoen uit de exploitatie Steenakker-Zuid, 1 miljoen opgenomen in de exploitatiesfeer voor de aanleg van de bijvelden en 3,4 miljoen voor de ondergrond van de bij velden met eenpre-prioriteitop het investeringsprogramma 1996. Dus inclusief de indexaties is dat totaal bijna 20 miljoen voor een stadion van NAC die daar hopelijk op een hoogwaardig niveau en publieksvriendelijk voetbal zal spelen. Dan heeft het ook betekenis voor en is het in het belang van Breda. En ik reageer nu maar meteen in de richting van de heer Crul, Breda zal zijn naam ontlenen aan de maatschappelijke functie van passieve recreatie en de opvoeding van een aantrekkelijk sportgebeuren. De naam van Breda wordt daaraan gekoppeld en dan zal de reclame goed zijn ook voor NAC, maar ook voor Breda. Hoe zit het met de samenwerkings overeenkomst? We hebben daarin een aantal passages opgenomen over het archeologisch onderzoek, waarnaar de heer Marée vraagt. We zullen in nader overleg met de mensen die dat onderzoek moeten gaan doen de planning nog vaststellen. Dat heeft mede te maken met de beschikbaarheid van de gronden en de planning van de hele bouw. Ten aanzien van de overeenkomsten met de huidige bewoners hetvolgende. Ikheb in decommissie gezegd dat de onderhandelingenten aanzien van de verwerving goed lopen en wij hopen zonder onteigening tot een goed resultaat te komen, zodanig dat de bouw tijdig kan worden gestart. De bouwvergunningsprocedure kan al starten. De discussie over de MER, waar de heer Marée naar vraagt, ten aanzien van park and ride het volgende. We zullen in het kader van het parkeerbeleid, het totale verkeers- en vervoerbeleid en de discussie bereikbaarheid binnen de stad nog terugkomen op die functie en dan zal dit terrein daarin een wezenlijke rol spelen, want het is daar ook voor bedoeld. Ten aanzien van de gedwongen verhuizing van een aantal bewoners waar mevrouw Heessels nog naar vraagt, het volgende. Natuurlijk is het pijnlijk als je uit dat historisch gebied weg moet. Dat gebeurt met meer bewoners in uitleggebieden waar we woningen of bedrijven bouwen. Het is bijzonder pijnlijk omdat mensen daar generatie op generatie hebben gewoond in een plezierige woonomgeving. We proberen daarvoor ook goede alternatieven te bieden. Dat is afhankelijk van de beschikbare locaties en afhankelijk van de procedures die daarvoor gelden. Weer een ander voorstel, waarnaar de heer De Bruijn verwees, is er daar een van. De pre-prioriteit ten aanzien van de Lunetstraat. We kunnen op dit moment geen pre-prioriteit aangaan. Dat willen we ook niet, omdat we verwachten dat we eind maart, uiterlijk voor 1 april een positief bericht zullen krijgen over de bijdrage van het Ministerie van Economische Zaken in het kader van het bedrijfsomgevingsbeleid en dan zullen we nader terugkomen op de omvang van de reconstructie en de dekking daarvan. De MER is ook genoemd als zijnde een groot rapport. Als we een samenvatting hadden gemaakt dan hadden we een negatief advies gekregen van de MER-commissie, want die vraagt nu eenmaal een opsomming van een aantal zaken die helaas niet op een paar pagina's kan, omdat de MER gewoon voorschrijft dat op een aantal zaken wettelijk moet worden ingegaan. En zo langzamerhand leren we ook de procedure van de MER goed kennen, maar hij is erg ingewikkeld. Ten aanzien van het vervolg zullen wij in goed overleg, wat de heer Crul ook vraagt, met NAC omgaan. Als er problemen zijn, zullen we daarover rapporteren, maar ook als er andere belangrijke stappen worden genomen. Bij het besluit van 23 december 1993 is de totale financiële situatie van NAC en de aanverwante verenigingen die als organisatie daarmee te maken hebben doorgelicht en die basis is goed. We hebben de indruk dat die steeds goed is, omdat de sponsor-activiteiten bij NAC goed lopen en de bijdragen en financiële mogelijkheden zijn zoals we uit krantenpublikaties hebben mogen vernemen, gunstig. Ten aanzien van de grondoverdracht: het is öf erfpacht öf vruchtgebruik, beide met het recht van opstal, omdat we nog met de fiscale deskundigen en juridische deskundigen uitzoeken wat de meest gunstige situatie is. Maar de grond blijft in ieder geval in bezit van de gemeente, maar wel met mogelijkheden ook voor NAC.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 13