30 MAART 1995 254 een of andere manier uit de patstellingen te komen waar we nu een beetje inzitten. Anderzijds stelt het antwoord op de groei mij nog niet gerust. Ook de heer Sinke heeft het reeds aan de orde gebracht: het groeit maar door, het wordt steeds meer, hoe is dat nu precies gekomen? Die rapporten geven mij daarin echt geen duidelijkheid. Dus misschien dat de wethouder hierover iets meer kan zeggen. Hijverwijstnaarpagina3vanhet bestemmingsplan, dus de herziening van 1994, maar dat zegt mij nog niets. Want waar komt die groei dan vandaan, als in 1992 heel iets anders wordt gezegd? Toen werd toch ook een vooruitzicht gedaan over een aantal jaren, en derhalve wil je dan toch graag horen hoe dat zo is gekomen. De groenvoorziening: in hoeverre is dat kei hard? U kuntwel iets toezeggen, maar het is bestemmingsplantechnisch gezien niet echt vastgelegd. En dat is een beetje mijn probleem. Als je een bestemmingsplan vastlegt en er is niet in opgenomen dat er zo'n soort wal moet komen, enzovoort, dan blijft het allemaal maar achteraf praten wat ermee gaat gebeuren. Ik zou graag willen horen hoe we dat gaan oplossen, als wij zeggen: goed, die toezegging van de wethouder geloven wij op zijn mooie bruine ogen. Kortom, hoe zien we dat straks terug in het uitvoeren van zo'n bestemmingsplan, wantje moet daar natuurlijk van op aankunnen. Bovendien kunnen mensen dan ook de gemeente erop aanspreken dat het op een bepaalde manier moet worden uitgevoerd. Dat wilde ik heel graag van het college horen. Wethouder DE BRUIJN De specifieke vragen gaan met name over de grootte en het te verwachten benodigde aantal vierkante meters voor de onordelijkebedrijven. Ikheb daarstraks even verwezen naar de segmente ringsnota. Daar heb ik ook al gezegd dat daarin was aangegeven dat 6 ha op het terrein Achter Emer nodig zou zijn voor de toen geheten onordelijke bedrijven. Dat is op een gegeven moment losgelaten, gelet op de noodzaak van andere bedrijventerreinen en er is hier eerst gekozen voor 13V ervolgens ismede op basis van de inventarisatie die de segmenteringsnota heeft aangegeven, waarin ook overigens, voor alle helderheid, geen concrete bedrijven waren genoemd, maar een inschatting was gegeven van de behoefte op lange termijn, gezegd: die 1,3 ha is toch weer te weinig dat zou naar 4 han moeten. In dit plan staat 2,3 ha nadrukkelijk aangegeven voor probleemgevallen die nu zouden moeten worden verplaatst. In dezelfde paragraaf van het bestemmingsplan staat in ieder geval ook heel helder dat op niet al te lange termijn, er rekening moet worden gehouden met het feit dat er meerdere plaatsingsbehoeften zijn in het Bredase. Ik heb in de eerste termijn wat andere mogelijkheden aangegeven van bedrijfsactiviteiten die verplaatst zouden moeten worden. In die zin denk ik dat ik wat dat betreft tegemoet zou kunnen komen aan de wens die met name door de heer Sinke is verwoord en waaraan ook elke andere spreker zich in de tweede termijn aansluit, namelijk: kunnen wijop het moment dat u de verdere 4 ha boven de 2,3 ha gaat invullen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 254