9 MEI 1995 305 de suggesties die door de woordvoerder van de PvhZ zijn gedaan over manipulaties. Daar nemen wij grote afstand van, zo niet de meest maximale afstand, oneindig ongeveer. Daarnaast zijn wij volledig overtuigd van de mondigheid, het bewustzijn en de intregiteit, waarmee bewoners organisaties en andere adviseurs hun adviezen hebben gegeven. Zij hebben dat gedaan met de verantwoordelijkheid die zij daarbij gevoeld hebben. Als u de adviezen van die organisaties nog eens naleest, dan kunt u in de genuanceerdheid van de adviezen en de ideeën zien hoe concentieus men daarmee bezig is geweest. Ik wil dat toch nadrukkelijk stellen, want uit de discussie zou men kunnen afleiden dat dat wat minder gewaardeerd wordt. Ik denk niet dat dat zo is. Het college constateert in ieder geval dat alle reacties kwalitatief hoogwaardig zijn. De heer BOER Het is natuurlijk aan mij om daarop te reageren. Wat wij gezegd hebben is dat u niet alle informatie aan de bewoners hebt gegeven en dat ze daarom op het verkeerde been zijn gezet. Wethouder DE BRUIJN Ik ben het hier volstrekt mee oneens. Nogmaals, als u de procedure goed bekijkt, de discussie die plaatsgevonden heeft tussen de bewonersorganisaties en de ontwikkelaars van de vijf plannen in de laatste helft van augustus 1994, waarbij alle informatie uitgebreid over de toonbank is geweest en vragen gesteld konden worden in de richting van de vijf ontwikkelaars, heeft hen alle mogelijkheden gegeven om alle ins en outs van de plannen te bekijken. Dat heeft hen in ieder geval het inzicht verschaft in de plannen zoals die er liggen. De heer BOER U kunt het er niet mee eens zijn, maar de bijstelling van het programma van eisen, het antwoord dat de ontwikkelaars gekregen hebben na het gesprek van 1 maart 1994, is niet meegegeven aan de bewoners en het is ook niet meegegeven naderhand aan Starke Diekstra bij het bepalen van de mogelijkheid van een parkeergarage. Dat is essentieel voor het plan van Bhalotra, want daarmee vervalt de grote parkeermogelijkheid die ze daar hebben. De garages van de bewoners zo staat in het programma van eisen, kunnen en mogen alleen in de bebouwde woonomgeving komen. Dat wist men niet en dat wist Starke Diekstra ook niet. Wethouder DE BRUIJN Ik wil er nog één opmerking aan wijden en dan hou ik erover op. Ik moet constateren dat de bewoners de plannen hebben beadviseerd zoals ze daar voorlagen en ik denk dat dit concentieus is gebeurd. Het is niet aan adviseurs of bewonersorganisaties om plannen te gaan toetsen aan het programma van eisen of wat dan ook. Ze hebben de plannen beoordeeld zoals ze daar lagen en ik denk dat dat heel goed gebeurd is. De heer BOER U suggereert dat wij de bewoners in hun keus niet serieus genomen hebben. Neen, u heeft ze onvoldoende informatie gegeven en dus hebben ze niet goed kunnen kiezen. Wethouder DE BRUIJN De conclusie over die suggestie laat ik graag aan u. Wat betreft de procedure zijn er verschillende opmerkingen gemaakt: geen schoonheidsprijs en de verwachting dat er één plan zou komen. De raad heeft de procedure vastgesteld en het maakt natuurlijk wat dat betreft weinig uit welke raad er opvolgend zit. Wij zitten tenslotte nu nog steeds in allerlei opzichten raadsbesluiten uit te voeren, die al tientallen j aren geleden genomen zijnHet zou wat vreemd overkomen als we eerder genomen raadsbesluiten niet zouden uitvoeren. Daarnaast moeten we constateren dat misschien door een aantal leden van de nieuwe raad het besluit van de oude raad niet is nagevolgd. Nou, dat zij dan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 305