3 MEI 1995 361 Wethouder DE BRUIJN Een voorbereidingsbesluit is om ongewenste ontwikkelingen tegen te gaan. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Waarin het expliciet is opgenomen en niet om bouwplannen te helpen? De VOORZITTER Ik sluit de beraadslagingen. We gaan over tot de besluitvorming, allereerst over het amendement, zoals het is ingediend door de heer Scheltens en de zijnen, inzake het uitbrengen van een positief advies aan de minister van OCW op het verzoek tot aanwijzing van het pand Ginnekenweg 236/236A tot beschermd monument, wordt hierna verworpen, met de aantekening dat de fracties van Groen Links, de PvhZ en de CD geacht willen worden te hebben voorgestemd. Het voorstel is akkoord, met de aantekening dat de fracties van Groen Links, de PvhZ en de CD geacht willen worden te hebben tegengestemd. 95. RESTAURATIE VAN HET PAND ST. JANSTRAAT 18. De heer DUBBELMAN Over een enkel punt zouden wij graag helderheid willen hebben. Het betreft het advies van het college op pagina drie, waar een passage staat in de derde alinea die ons niet helemaal duidelijk is. Ik denk dat het toch wel van belang is om deze gemeenteraadsvergadering te gebruiken om daarover duidelijkheid te krijgen. In die alinea staan eigenlijk vijf zinnen. Ik zal ze heel even kort memoreren. In de eerste plaats wordt gememoreerd de beoogde reservering gedurende vijfjaren die gepland was voor de Hervormde Kerk aan de Duivelsbruglaan, vooralsnog niette bestemmen voor de kerk, maar voor de St. Janstraat 18, en die reservering, zo staat het er vervolgens, kün opgeheven worden, er staat niet: zèl opgeheven worden, door bij de opgave van de verdeling van die gelden van 2001 en later, het pand St. Janstraat 18 met de hoogste prioriteit op te voeren. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Bij interruptie, mijnheer Dubbelman, begrijp ik het goed, heeft u nu al gehoor gegeven aan onze oproep om de kerken te gaan redden? U wilt nu ineens de Hervormde Kerk gaan redden? De heer DUBBELMAN Ik had het over vijf zinnen en na deze interruptie wil ik verder gaan met een opmerking over de vierde zin die er staat. Daarin wordt namelijk de verwachting uitgesproken dat die honorering zal plaatsvinden door het Rijk en dat na die honorering als het ware de oorspronkelijk geplande middelen weer ter beschikking komen voor de kerk. Verwachtingen: er zijn twee soorten verwachtingen, er zijn verwachtingen die uitkomen en er zijn verwachtingen die niet uitkomen. Het is zelfs mogelijk dat stellige verwachtingen ook niet uitkomen. Onze interventie is eigenlijk heel simpel op deze raadsvergadering: wij hebben uiteraard een brief gelezen, gericht aan het college van kerkvoogden van 21 september 1994, waarin klip en klaar toezeggingen worden gedaan. Het is niet zomaar een brief, maar hij is ondertekend uiteraard namens burgemeester en wethouders, door de algemeen directeur van de dienst ROEZ himself. Elke brief van de gemeente is belangrijk maar deze is wel buitengewoon belangrijk. Het enige wat wij aan het college zouden willen vragen is: mocht die verwachting niet uitkomen dat hoe dan ook de gevolgen daarvan niet worden afgewenteld en ten nadele van eerder gedane toezeggingen en gemaakte afspraken richting de Her vormde Kerk in het Ginneken. Dat is eigenlijk het enige wat wij van het college verder vragen. Verder zijn wij het uiteraard, uitgaande van deze toezegging, overigens geheel eens met het voorstel als zodanig.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 361