MR*' 3 MEI 1995 377 tot groot verdriet van andere partners, bijvoorbeeld de overheid. Mijnheer Boer, bouwen zoals Breda zou willen kan niet omdat andere partijen grond in eigendom hebben: dat geldt niet in dit geval, want ik denk dat het bouwvolume zoals het hier zal worden gerealiseerd in ieder geval een welkome aanvulling is voor dit segment van de woningbouw, waarbij ik uiteraard, en daarover ben ik het volledig met hem eens, de noodzaak om ook goedkope woningbouw te realiseren niet onder stoelen of banken steek, maar ik heb in het begin al even gewezen op de beperkingen daar. Wat betreft de St. Ignatiusstraat: er wordt nu gekeken naar hoe we met de St. Ignatiusstraat moeten omgaan. Het betreft dan zowel de relatie naar het kruispunt Beverweg als de schoolconcentratie die daar ligt en het winkelcentrum Brabantpark. In het investeringsplan zoals het door uw raad is vastgesteld ten behoeve van 1995 is daarvoor geen geld opgenomen. We zullen nu eerst kijken welke prioriteiten we moeten gaan stellen in het kader van het geblokkeerde fonds Grote Werken. Daarop zullen we bij uw raad terugkomen en daar kan uw raad dan ook de uiteindelijke afrekening maken. TWEEDE TERMIJN De heer FIGLAREK U heeft net aangegeven dat er mogelijk nog een gesprek komt tussen het revalidatiecentrum en de gemeente. Het lijkt ons een bijzonder goede suggestie om dat in ieder geval definitief toe te zeggen. De heer CRUL De wethouder komt wat terug op zijn standpunt dat de motie niet kon worden geaccepteerd, hij zegt nu eigenlijk Wethouder DE BRUHN Bij interruptie, mocht ik de suggestie hebben gewekt dat die geaccepteerd zou kunnen worden dan heb ik een verkeerde indruk gewekt. De heer CRUL U hebt het wel gezegd. Maar er komen nu zaken aan de orde die zeker, tenminste voor zover ik me kan herinneren, niet zijn besproken. Natuurlijk, het Florijncollege en alles wat ermee samenhangt en het behoud van de voorbouw, daar zijn wij altijd voor geweest, en daartoe hebben wij ook initiatieven genomen. Maar dat dit consequenties had naar de sociale woningbouw: dat is nooit aan de orde geweest, tenminste voor zover ik me kan herinneren. Maar ook al zou dat wel zo zijn, dan is het toch weer een feit dat er wordt gekozen. Het laatste jaar tenminste ligt het accent in de gebieden in en rond de binnenstad, volledig op een andere bouw dan sociale woningbouw. Daarom hebben wij gezegd: er moet compensatie komen, het kan hier, u ontkent in wezen niet dat dat zou kunnen als we dat zouden willen, hoewel het misschien wel een moeilijke weg is om te gaan, maar het kan wel, begrijp ik van u, en wij vinden dus dat die weg gegaan moet worden, vooral ook omdat ook wat de buurtbetreft de zaak van differentiatie nooit is teruggedraaid Wij zijn nog steeds van oordeel dat differentiatie op dit terrein mogelijk is en dat is ook toegezegd Dus daarom handhaven we in ieder geval de motie. Mevrouw HEESSELS Ik heb bij de beantwoording van de wethouder, geloof ik, toch geen andere dingen gehoord dan die welke al eerder in de commissie zijn besproken. Toch wil ik nog op twee puntjes even terugko men. Ten aanzien vanhet gedifferentieerd bouwen zegt de wethouder, datje niet alleen moet kijken naar één locatie maar naar de totale wijk voor de wijkopbouw. Op zich zijn we het daarmee natuurlijk eens, maar we praten hier wel over een vrij grote locatie. En dan denk ik toch dat de k

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 377