1 JUNI 1995 446 ik absoluut niet aan in dit geval, hij heeft informatie naar de raad en naar de commissies achterge houden, ook in de hoop dat het allemaal wel mee zal vallen. Dat zijn onder meer de vragen waarop onze fractie een antwoord wil hebben. Het hoeft niet uitgebreid, het hoeft niet heel specifiek op een persoon gericht. Wij trekken op een gegeven moment onze conclusies wel uit de feiten die in het rapport zullen worden weergegeven. Nou, dat is een van de vele voorbeelden waarop ik en onze fractie eigenlijk een antwoord willen hebben en wat dat betreft stemmen wij van harte in met dit onderzoek voor 275.000,—. De heer CRUL De heer Bokkelkamp die doet voorkomen alsof de VVD-fractie heeft geworsteld met wel of niet De heer BOKKELKAMP Met moeilijke, kostbare voorstellen worstelen wij altijd, mijnheer Crul. Wij zetten er altijd financiële plaatjes bij, dat kunnen wij van uw fractie niet zeggen, dacht ik. De heer CRUL Ik denk dat het worstelen toch ook moet voortkomen uit het feit dat zich ook zaken hebben voorge daan in de periode dat u in het college heeft gezeten. U hebt nog een keer teruggeblikt op waar de oorzaken lagen en mogelijk de gevolgen die dan aan de zaak vastzitten. Wij hebben in de fractie gezegd: wij gaan akkoord met het voorstel. Een belangrijke zaak en daar heb ik in wezen ook op gedoeld, is natuurlijk de communicatie tussen de directeur van de schouwburg en de wethouders van Cultuur, dus het college en het ambtelijk apparaat, het college en de raad en andersom. Aan de communicatie, tenminste dat heeft steeds iedereen begrepen, heeft het natuurlijk ook voor een belangrijk deel geschort, wat is er wel en niet bekend geworden, doorverteld, doorgegeven of voorgelegd. Wij zeggen nu: snel en zorgvuldig aan de slag. En ook in de commissie is duidelijk geworden dat iedereen dat toch wil. Wij zijn ook gerust gesteld dat het hotel en de kazerne bij de zaak zijnbetrokken, voor zover zij natuurlijk met de exploitatie van het Chassé Theater te maken hebben. Er wordt met zeer veel nadruk in het voorstel gezegd: niet over personen. Daarop komt ook, dacht ik, de PvhZ nog terug. Ener wordt gezegd: nietterugkijken. In wezen wel terugkijken, maar nu geen conclusies trekken, alleen maar conclusies voor de toekomst. Dat is natuurlijk in wezen een onmogelijke vraag aan de raad, tenminste als het de bedoeling is dat je zegt: als de conclusies straks in het rapportzijn getrokken, dan mag je die als fractie niet op personen betrekken. Ook de voorstellen die je als fractie doet mogen geen betrekking hebben op personen. Je moet alleen naar de toekomst kijken. Maar dat kan gewoon niet. Dat kan ook niet worden gevraagd. Ik weet ook niet met wat voor motie De Parel komt, maar dat zal ook een moeilijk punt zijn. Tot slot de brief die wij hebben gehad tijdens de commissievergadering ondertekend door dr. ir. Van de Broek. Alsjedie briefvan bureau Witteveen leest, dan zou je kunnen zeggen: waarom beginnen wij nog aan een onderzoek? Maar ik denk dat mijnheer Van de Broek het toch nog niet helemaal heeft begrepen want zover ik het kan overzien heeft hij het over 3,5 miljoen op de 58 miljoen. Ik dacht dat dat helemaal niet aan de orde was. Ik dacht dat aan de orde was dat er in eerste instantie een exploitatietekort werd verwacht en dat is dan de hoofdzaak, dat later eigenlijk met bijna 100 is overschreden. En ik denk dat mijnheer Van de Broek zaken door elkaar haalt. Misschien is het toch goed, als dat inderdaad zo is, om dat mijnheer Van de Broek nog te laten weten. De heer BOER Wij hebben inderdaad ook naar zo'n onderzoek gevraagd en naderhand is er een onderzoek geweest van 600.000,—. Nou, dat vonden wij echt een beetje veel, zeker omdat ik toen ook had gezegd: eigenlijk weet ik de oplossing wel. Het gaat ook niet zo zeer om te leren naar de toekomst toe, omdat we daarvoor al projecten hebben gedaan die wel degelijk binnen de voorwaarden zijn

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 446