26 JANUARI 1995 47 en artikel 10 lid 3: Het voornemen om een aanvraag om een structurele activiteitensubsidie, een waarderingssubsidie, een projectsubsidie, een budgetsubsidie of een subsidie op basis van kostensoorten met daarbij een globale begroting van de kosten dient voor 1 april voorafgaand aan het werkjaar ingediend te worden en de definitieve aanvrage voor 1 juli voorafgaand aan het werkjaar bij burgemeester en wethouders; en gaat over tot de orde van de vergadering. De VOORZITTER Door de fractie van de Parel van het Zuiden is een amendement ingediendHet amendement voldoet aan de vereisten, het kan worden vermenigvuldigd, worden rondgedeeld en maakt onderdeel uit van de beraadslaging. Wethouder VAN RAAK Wij hebben over dit onderwerp, over het tijdstip van indiening van de stukken en de datum 1 april, in de commissie uitgebreid met elkaar van gedachten gewisseld. Er is ook nog in de inspraaknotitie voor een aantal instellingen op gewezen. We hebben in onze reactie daarop aangegeven dat we wat dat betreft toch mogelijkheden zien. Die is ook weer doorgesproken met de instellingen. We hebben gezegd dat we juist voor die organisaties die eventueel in de problemen zouden komen de nodige soepelheid nog kunnen betrachten. Wij zijn van oordeel en de discussie is uit en te na gevoerd in de inspraak, in de commissievergadering, dat het tijdstip 1 april gehandhaafd kan blijven. Ik wil het bij deze korte reactie houden. TWEEDE TERMIJN De heer VERPAALEN Dat is juist het probleem. De wethouder zegt toe souplessete zullen betrachten. Met deze wethouder zal dat misschien gaan, maar met zijn opvolger wellicht niet. En met De VOORZITTER Hij gaat helemaal niet weg. De heer VERPAALEN Nou ja, zijn opvolger te zijner tijd, dat kan over vijfjaar zijn, het kan over tien jaar zijn. Hij kan ook een andere functie, een andere portefeuille gaan krijgen. Maar met deze verordening in de hand kan een wethouder zeggen: sorry, op 1 april moet het ingediend zijn en zo niet, dan ben je niet ontvankelijk. En daarom hebben we daar grote problemen mee. Wethouder VAN RAAK Ik zie niet in waarom ik de enige zou zijn die souplesse betoont, ik denk ook dat eventuele anderen dat zullen doen. Het speculeren over mijn vertrek of zoiets dergelijks vind ik uitermate voorbarig. Laat ik het dan zo zeggen. Wanneer er problemen zouden komen met dit punt, in die zin dat ze ertoe leiden dat de situatie onwerkbaar wordt, dan stel ik mij voor om daarop onmiddellijk een wijziging aan te brengen en aan u voor te leggen. Kunnen we met die afspraak leven? De heer VERPAALEN Neen, wij houden vast aan ons voorstel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 47