26 JANUARI 1995
50
basis van inkomen te trekken. Dat is op zich natuurlijk een treurige zaak en ik zou graag van de
wethouder horen of er op dit moment aan alternatieve mogelijkheden wordt gewerkt om alsnog
in de toekomst een dergelijke scheiding aan te brengen. Bij dit soort zaken is het natuurlijk zo
dat de tijd heeft geleerd dat regelingen die breed toegankelijk zijn het op een gegeven moment
financieel niet meer kunnen volhouden. Er wordt veel gebruik van gemaakt. En een open eind-
regeling kent op een goed moment wel degelijk een einde en dat is wanneer er veel te veel aan
wordt uitgegeven. In die zin is het volgens ons verstandig om vast te houden aan de doelgroepen
die geselecteerd zijn en om ook eens duidelijke strakke criteria te stellen, met name waar het gaat
om de compensatieregelingen die van toepassing zijn. Er staat weliswaar een bedrag geboekt, maar
u weet net zo goed als ik dat, op het moment dat ergens een compensatieregeling geldt, je ook
weer zoiets als rechtsgelijkheid hebt. En als heel veel mensen gebruik maken van een bepaalde
regeling en allemaal aan dezelfde criteria voldoen, dan zullen zij toch allemaal in dezelfde mate
moeten worden gecompenseerd. Je kunt dan niet halverwege het jaar zeggen: sorry, het geld is
op. In de commissie is erover gesproken dat eraan wordt gewerkt, maar ik zou graag op korte
termijn zien hoe u denkt die compensatieregeling in te vullen in de toekomst. Op dat moment is
de regeling volgens ons in ieder geval beter in de hand te houden en zal die ook werkelijk
functioneren zoals die is bedoeld.
De heer VERPAALEN
Het zal u duidelijk zijn dat de Parel van het Zuiden tegen zal stemmen nu er absoluut nog geen
zicht op is wat de Bredapas de burgers zal gaan bieden tegen een prijs, 50,die hoger is dan
in andere gemeenten gewoonlijk voor een dergelijke pas wordt gevraagd.
De heer HEEREN
De CD-fractie is van mening dat het idee van een Bredapas onvoldoende leeft bij de Bredase
bevolking en dat het ook geen succes zal worden. Wij verwerpen het idee van een Bredapas, wij
vinden het gewoon weggegooid geld.
Wethouder VAN RAAK
In de richting van de heer Van Fessem. Op dit moment aangeven waar de grenzen zijn op basis
waarvan we de Bredapas weer opheffen, kan ik eerlijk gezegd niet. Ik moet ook zeggen dat daarover
nog niet is nagedacht. Ik wil ook wijzen op de ervaring die we hebben opgedaan indertijd met
de bijdrageregeling sportieve doeleinden. Daar constateerden we dat er nauwelijks gebruik van
werd gemaakt en dat het doel niet werd gehaaldEn het doel staat toch duidelijkin het raadsvoorstel
omschreven. Het lijkt mij zinnig om dus gewoon bij de evaluatie te constateren: wordt er gebruik
van gemaakt en voldoet het aan de doeleinden zoals we ze hier hebben geformuleerd? En dan
kunnen we met elkaar verder besluiten. Het punt zal, denk ik, uitgebreid bij de evaluatie aan de
orde kunnen komen. De criteria nu vooraf vaststellen, dat lukt mij dus niet, maar we kunnen er
met elkaar over praten bij die evaluatie. Ik denk dat we eerst die ervaring nodig hebben. Ik wijs
erop en dan antwoord ik ook maar meteen in de richting van de heer Heeren, dat in een aantal
steden op dit moment en dat heeft te maken met de gekozen formule, het wel degelijk een succes
isWij hebben ons met de Bredase formule ergens tussen de Nijmeegse en de Rotterdamse formule
bewogen, en dat betekent, daar waar het in Nijmegen en in Rotterdam een groot succes is, dat
wij verwachten dat het ook hier een succes kan worden. Wij hebben dan ook de projectuitwerking
laten verrichten door de man die die kar in Nijmegen ook heeft getrokken. In de richting van de
heer Meeuwissen het volgende. Een van uw opmerkingen begreep ik eigenlijk niet. De bedoeling
is niet dat we proberen te stimuleren dat al die mensen zoveel mogelijk geld gaan uitgeven. Dat
strookt niet met de doelgroep. De bedoeling is dat ze voordeel behalen en niet dat ze allerlei
produkten gaan kopen, of u moet de zin aanvullen met: allerlei produkten gaan kopen tegen
gereduceerde prijs. Dat is de bedoeling. De essentie van uw betoog is in feite dat u vreest dat te