24 OKTOBER 1995 638 De heer DE LEEUW U geeft er nu ook wat meer ruimte aan. U zegt nu ook al in feite richting GroenLinks dat invulling daarvan op termijn zou kunnen. En de verwachtingen van de resultaten zijn bij u niet erg hoog. Ik denk dat de kerntakendiscussie pas resultaat kan hebben als iedereen hoog inzet. De heer TAKS Maar wij zetten heel hoog in, daarom zeg ik ook dat we moeten beginnen en als blijkt dat op één bepaald onderdeel er een mogelijke spanning zou zijn met toekomstige wijken van de stad, dan moetje zo'n maatregel op termijn stellen. Daar zijn wij het over eens. Maar de discussie moet nu beginnen. Wij zijn gelegitimeerd en misschien wel als enige in de raad. Voor de komende jaren zien wij het voeren van een evenwichtig woningbouwbeleid als de grootste uitdaging. Er zal voor alle inkomenscategorieën moeten worden gebouwd. Knelpunt daarbij vormt de snelle stijging van de grondprijs, door het aankoopbeleid van particuliere ontwikkelaars. Middels schriftelijke vragen heeft de VVD-fractie meerdere malen deze problematiek aan de orde gesteld. Wij kiezen voor een actief grondbeleid en vragen ons af of het huidige Grondbedrijf in dat opzicht voldoende effectief kan functioneren. Handhaaft het college de toezegging dat de nota Grondbeleid vóór de jaarwisseling aan de raad zal worden aangeboden? Het wordt langzamerhand wel tijd. Het gemeentelijk parkeerbeleid blijft de gemoederen bezig houden. De aanscherping van het beleid gaat kennelijk zover dat zelfs de nationale ombudsman door het college moest worden gebruuskeerd. Naar onze mening dienen aanbevelingen van de nationale ombudsman zonder meer te worden uitgevoerd. En wij zijn blij dat ook de CDA-fractie die mening is toegedaan. Mocht het oordeel van de ombudsman door de rechter worden bevestigd, dan dient het parkeerbeleid te worden bijgesteld, zeker waar het de wegsleepregeling betreft. Ook met enige nuancering bij de toepassing van dit handhavingsinstrument is naar onze mening een effectief parkeerbeleid mogel ijkDe VVD- fractie zou graag zien dat ook in het uitgaanscentrum Ginneken de parkeervoorschriften strikt en in overeenstemming met de wet worden gehandhaafdHandhaving is toegezegd bij de behandel ing van het gemeenlijk horecabeleidsplan. Waarom wordt deze toezegging niet consequent in praktijk gebracht? Het toezicht in het Ginneken behoort even intensief te zijn als in de binnenstad. Ook de handhaving van de overige regelgevingen in verband met het gemeentelijk horecabeleid dient, ter bescherming van de leefbaarheid, overal in de stad met kracht te worden gehandhaafd. Mogen wij erop rekenen dat de financiële en personele consequenties daarvan op korte termijn in beeld worden gebracht, zodat, mochten er extra financiële middelen nodig zijn, daarover bij de Kadernota 1997 kan worden beslist? Bij het meerj areninvesteringsplan plaatst de VVD-fractie de kanttekening dat de p.m. opgenomen projecten "verbetering woon/leefomgeving" in Princenhage en Ginneken de hoogste prioriteit verdienen. Na de komende wijziging van de gemeentegrenzen zullen de voormalige gemeente Princenhage en de voormalige gemeente Ginneken en Bavel zich volledig binnen de nieuwe gemeente Breda bevinden. Het zou tragisch zijn en weinig vertrouwenwekkend voor de nieuwe Bredanaars als ze dan moeten vaststellen dat de onderhoudstoestand van de infra structuur in hun oude dorpskernen na 50 jaar Bredaas bestuur nog zoveel te wensen overlaat. Op immaterieel terrein zal het jeugdbeleid de komende tijd veel aandacht vragen, zeker ook het vrijwilligerswerk in het jeugdwerk. In wijken met veel jongeren, zoals onder meer de Haagse Beemden, dienen de voorzieningen waarvan vrijwilligers zich moeten bedienen van voldoende kwaliteittezijn. In dat verband wijzen wij op de huisvesting van de scoutinggroep Haagse Beemden en ook op die van andere groepen elders in de stad, zoals de scoutinggroep Jeanne d'Arc. Wat denkt het college op korte termijn daaraan te doen? Tenslotte vragen wij de aandacht van het college voor het onderwijs, waar normen en waarden een belangrijk aspect dienen te zijn. De schaalvergro ting in het basisonderwijs en de decentralisatie van de huisvesting mogen de kwaliteit van het onderwijs niet aantasten. De gemeente krijgt meer beleidsvrijheid met de verdeling van de financiële middelen, maar de omvang van die middelen is nog niet bekend. Te vrezen valt dat ze niet ruim bemeten zullen zijn. Ook in die situatie blijft voor de VVD onverkort gelden dat het gemeentebe-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 638