24 OKTOBER 1995
655
wil de gemeente meewerken, ik noem de Erel-toren, de sportcentra, de villa's in park Valkrust
enzovoort. De stadsvernieuwingsgelden lopen terug. Het kleine beetje geld dat er nog is, wordt
voornamelijk besteed aan prestige objecten, zoals de Oost-Westflank en aan Villa Valkrust. De
uitgangspunten voor deze begroting zijn niet geweest: bezuiniging, kritisch kijken naar de uitgaven
en/of lastenverlichting voor de Bredanaars. Daarom zal de Parel van het Zuiden tegen de
begrotingsvoorstellen stemmen en ik herhaal waarmee ik vorig jaar ben geëindigd: ceterum censeo
collegium delendum esse.
De heer HEEREN
Nederland wankelt, Nederland trilt op zijn grondvesten. Dit door het wanbeleid van het kabinet
Kok. Sommige aspecten van het beleid van het kabinet Kok vinden hun afspiegeling in het beleid
van dit college, zoals opvang asielzoekers, inburgeringstrajectenen drugsbeleid. Ondanks de luide
protesten van de burgers gaat dit beleid van het college gewoon door met de daarmee samenhangen
de problemen, zoals uit de rapporten van politie en van beveiligingsbeambten die in asielcentra
werkzaam zijn blijkt. Hieruit valt op te maken dat er groepen asielzoekers en nieuwkomers zijn
die zich steeds opnieuw schuldig maken aan strafbare feiten. Via de media kreeg de Bredase
bevolking te horen dat het college bereid is 400 asielzoekers in één asielcentrum op te vangen,
terwijl er onder de bevolking van Breda nauwelijks draagvlak voor is. De asielzoekers en
economische vluchtelingen zijn niet geholpen door ze naar Nederland of Breda te halen.
De heer AD ANK
Voorzitter, de toonzetting en de relatie die wordt gelegd zijn strijdig met datgene wat er staat in
artikel 1 van de Grondwet.
De heer HEEREN
Ik wil nu graag mijn betoog voortzetten, in plaats van nu al vragen te beantwoorden. Daar zijn
andere mogelijkheden voor.
De VOORZITTER
Ik begrijp dat de heer Heeren niet wenst in te gaan op uw interruptie, mijnheer Adank. Ik kan
hem daartoe niet dwingen.
De heer ADANK
Uit mijn interruptie blijkt zonneklaar dat de heer Heeren hier staat te discrimineren en dat hoeft
deze raad, althans in deze orde, niet te accepteren. U legt een relatie met asielzoekers en met de
Bredase burgers en u trekt daaruit conclusies die u in ieder geval niet in openbare stukken heeft
kunnen vinden. Dus zijn ze suggestief en discriminerend.
De heer HEEREN
Dat is zeker wel. Als ik mijn betoog kan voortzetten, dan wordt dat in mijn verhaal steeds
duidelijker.
De VOORZITTER
Ik wil u wel waarschuwen dat ik u opnieuw zal onderbreken, eventueel u het woord ontneem,
wanneer u zich over de rand van dit soort grenzen gaat begeven en daarmee bedoel ik discrimi
nerende opmerkingen in de richting van
De heer HEEREN
Welke discriminerende opmerkingen heb ik geplaatst?