26 OKTOBER 1995
689
te onderhandelen over een bijdrage van die zijde. Wat ons betreft is de problematiek te ernstig
om met dat bedrag te kunnen volstaan. De wethouder heeft in zijn beantwoording aangegeven
dat er van rijkswege in november wat meer duidelijkheid komt over toekomstige financierin
gen en dat er ook nog discussiepunten liggen met de corporaties. Maar wij denken dat de
ernst van de problematiek, 2.500 tot 3.000 urgent woningzoekenden, een forsere inzet in het
beleid vergt. Forser, omdat we een inhaalslag hebben te leveren en niet alleen maar toekomst
gericht sociale woningbouw/betaalbare woningbouw kunnen veiligstellen. Om die reden
hebben wij gezegd dat wij willen dat er eenmalig over een termijn van drie jaar een bedrag
van 30 miljoen wordt uitgetrokken. Wij denken niet zo zeer aan dat bedrag, echter, wat
betreft de richting waarin wij de problematiek inschatten zitten wij, denk ik, een heel eind op
dezelfde lijn als de noodsignalen die Marge in Beeld met regelmaat afgeeft. Wij hebben ook
met erg veel belangstelling kennis genomen van de notitie van de PvdA op dit punt, die in
feite dezelfde zorg uitspreekt. Ook daarvan hebben we niet de indruk dat met de 3 miljoen
die nu wordt uitgetrokken, ook maar enigermate tegemoet wordt gekomen aan de problema
tiek, zoals die ook in die notitie wordt geschetst.
De heer VAN DE STEENOVEN
Op zich is het juist dat de PvdA heeft gezegd: wat nu vrij is gemaakt, is bij lange na niet
genoeg om de beleidsdoelen te realiseren, maar wij hebben ook wat suggesties gedaan in de
eerste termijn over hoe we daaraan volgend jaar verder zullen moeten werken. Wat ik me
afvraag is het volgende. U doet nogal wat, u noemt 30 miljoen. Dat roept op de eerste
plaats de vraag op: is dat dan wel toereikend? Hoe komt u aan dat bedrag van 30 miljoen?
Het is veel, in ieder geval veel meer dan nu is gereserveerd. Mijn tweede vraag is: u zegt, we
halen dat uit de reserves, welke reserves beoogt u dan? De screening hebben we al twee keer
gedaan, en u weet zelf dat deze een nogal pijnlijk proces is. Want als je zoveel miljoenen wilt
vrijmaken, dan haal je allerlei bestemmingen weg en daarmee schrap je een aantal zaken in de
plannen. Ik zou graag willen weten waar u die 30 miljoen vandaan haalt. Het is gemakkelijk
te zeggen: we graaien wat uit de reserves, maar wat schrapt u daar dan precies voor?
De heer SCHRODER
Ik denk dat het moeilijk is om dat in het kader van de behandeling van de begroting nu even
te beantwoorden. Keer op keer geeft de wethouder Middelen aan dat in principe de raad het
recht heeft om over de reserves van 300 miljoen te beschikken. We kunnen daar uiteraard
kritisch naar kijken.
Wethouder VAN OS
Met alle respect, maar nu krijgen we het weer over die 300 miljoen reserves. Ik denk dat in
de commissie Middelen toch een aantal keren aan de orde is geweest hoe die 300 miljoen is
opgebouwd. En dat misverstand moet nu toch eindelijk een keer voor eens en altijd de wereld
uit zijn.
De heer SCHRODER
Ik laat dit onderwerp verder zitten. Ik begrijp dat er weinig enthousiasme is om een forser
bedrag dan 3 miljoen uit te trekken. Mijn fractie heeft een motie ingediend over het JAC.
(Motie 6, 24 oktober 1995). Gelet op de beantwoording, met name dat wethouder Gielen in
november nog een overleg met de Provincie heeft, lijkt het ons zinnig om die motie voorlopig
te parkeren en ons het recht voor te behouden om in november daarop terug te komen. Dus
die motie hoeft vanavond niet in stemming te komen. Ten aanzien van de drie milieumoties
het volgende. Daarvoor worden drie nieuwe moties ingediend, met dien verstande dat ze alle
drie tekstueel wat zijn aangepast. Inhoudelijk betekent het dat we in de motie, waarin wordt