30 OKTOBER 1995 752 Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER U kunt gerust een cursus bij ons komen volgen. Dan leggen wij u helemaal uit hoe het werkt. De heer MARÉE Dat gaat mij net iets te ver. De VOORZITTER Binnengekomen is een motie, die verrassend veel lijkt op de ingetrokken motie, maar waaraan een tekst is toegevoegd. De motie voldoet aan de formele vereisten, kan worden vermenigvuldigd en rondgedeeld en maakt deel uit van de beraadslagingen. De door D66, GroenLinks, CDA, VVD en PvdA ingediende motie luidt als volgt: MOTIE (2) Inleiding. Naar aanleiding van het voorgevallene dat een door de raad beschikbaar gesteld krediet voor de realisatie van een bepaald werk, bij de aanbesteding van dat werk ontoereikend bleek te zijn doordat het aanbestedingsbedrag aanzienlijk hoger uitviel dan het beschikbaar gestelde krediet. Een dergelijke situatie leidt ertoe dat de raad geconfronteerd wordt met voorstellen tot beschikbaar stellen van aanvullend krediet, waarbij de raad in feite geen keus heeft, hetgeen op zijn zachtst gezegd een ongewenste situatie is. De leden van de raad der gemeente Breda, gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente Breda; stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt: De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen op 30 oktober 1995 ter behandeling van het voorstel van burgemeester en wethouders inzake "Huisvesting districtspostTuinzigtlaan in district Zuid-West", agendapunt 226; verzoekt het college, een onderzoek te doen via welke werkwijze/aanpak/systematiek er kan worden voorkomen dat te grote afwijkingen ontstaan tussen eerder voor de realisatie van een bepaald werk beschikbaar gesteld krediet en het bedrag van de aanbesteding voor dat werk; de raad op korte termijn middels een notitie te informeren, c.q. voorstellen te doen; en gaat over tot de orde van de vergadering. Mevrouw VAN BERGEN -NI JEH OLT Ik heb een paar antwoorden gemist van de wethouder. Ik denk dat hij niet al mijn vragen heeft beantwoord en ik wil ze voor alle zekerheid nog een keer herhalen om ze in tweede termijn wel beantwoord te krijgen. Bij die kredietoverschrijding van 20% heb ik erop gewezen dat een hogere prijs leidt tot meer kosten voor het bouwbureau. Het gaat om ongeveer 6.000,-. Wat vindt het college ervan dat een bouwbureau, dat volgens onze fractie niet goed heeft gefunctioneerd, eigenlijk beloond wordt met een hogere onkostennota? Ik heb het antwoord daarop gemist. Ook heb ik de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 752