IB 23 NOVEMBER 1995 802 nadrukkelijk zo moet zijn geregeld dat het park daarvan geen overlast heeft. Dus niet ten koste van het groen dat we net voor zoveel miljoenen hebben opgeknapt. De heer SCHELTENS Toch even ter interruptie. Het is dan weliswaar niet in het park, het grenst eraan en je zou ook kunnen zeggen: in plaats van een bebouwing gaan we daar een stukje park aanbreien, dat zou ook al een mogelijkheid zijn, nu is er gekozen voor bebouwing. Het grenst wel aan het park, en zeker als je daar gaat parkeren voor de bewoners en ook nog eens parkeerplaatsen die dus elders uit de Merkxtuin worden geweerd, wat wij op zich een goede zaak vinden. Maar als je die daar dus ook gaat plannen, dan wordt het toch eigenlijk wel een klein beetje een parkeergarage, en wel heel erg aan de rand van een park en dan heel erg bij een zeer kwetsbare plek die u noemt. Dus hoe u het ook wendt of keert, het is een bestemming voor een locatie die naar ons idee eigenlijk geen goede oplossing is. Wethouder DE BRUUN Ik ben het eens met de gevoeligheid van de plek. Ik denk overigens wel dat daarvoor een oplossing te vinden moet zijn, maar wel binnen die randvoorwaarde dat het park niet de last krijgt van het parkeren en dat zal nog een hell of a job zijn. Men is er ook nog lang niet uit. Dat zal helder zijn, maar dat het een gevoeligheid is begrijp ik terdege en ik denk dat we, op het moment dat we plannen hebben, nadrukkelijk moeten kijken of dat in ieder geval geen aantasting van het park is. De ontsluiting namelijk is ook essentieel, doe je dat via de noordzijde of aan de zuidzijde? Het heeft ook weer iets te maken met de kwaliteit die je op de flanken wilt, maar het park: daar willen wij uit blijven en ervoor zorgen dat dat geen extra negatief effect heeft. Overigens zijn wij van mening dat het dichtbouwen van dat gat dat er nu blijft liggen, want nu is het nog gewoon als gat te zien, op zich stedebouwkundig best aanvaardbaar is, gelet ook op het feit dat er vroeger bebouwing stond en gelet op het feit datje als het ware die hoek afbouwt in relatie tot de binnenstad. Over de verkeersproblematiek heb ik het gehad. Over de artikel 19-procedures of wat dan ook hebben we het ook gehad. Misschien nog even voor wat betreft die artikel 19-procedures en het min of meer flexibel daarmee omgaan: ik wil niet zeggen dat we flexibel ermee omgaan, maar dat we met welwillende ogen kijken naar eventuele ontwikkelingen. Ik denk dat het heel goed is om dat nu nog een keer te herhalen: dat we zeker regelmatig en dat kan over een jaar of vijf zijn, eens moeten kijken of het instrument nu heeft gewerkt of dat we weer achter de feiten aanhollen en het eventueel moeten bijstellen. Dus de evaluatie is zeker bij een zo dynamisch proces als de binnenstad van belang. We kunnen niet zeggen: we hebben het nu en voor tien jaar is het dat, want als we naar twee jaar geleden kijken is de wereld in de binnenstad al weer fors veranderd. Dus daar moeten we goed onze vinger aan de pols houden. Wat betreft de functie wonen op verdiepingenzo wel mevrouw Croft al s de heer Heeren hebben hierover iets gezegdMet mevrouw Croft ben ik het eens dat het niet gemakkelijk is en dat er op het moment datje op een bovenverdie ping gaat wonen in de binnenstad nadelige consequenties aan zitten: het parkeren is een probleem, overlast kan een probleem zijn, de bereikbaarheid. Kortom, er zitten vele problemen aan vast, maar je moet constateren dat het wonen in de binnenstad aan de andere kant ook op bepaalde groepen woningzoekenden nadrukkelijk een bepaalde aantrekkingskracht heeft. Als je op dat moment vraag en aanbod bij elkaar kunt brengen, dan denk ik dat we een goede zet doen, zeker gelet op de sociale veiligheid in het geheel en de gigantische ruimte die er boven de winkels aanwezig is. Weliswaar De heer SCHELTENS Mag ik even interrumperen? Wellicht ter ondersteuning van u en als reactie op wat mevrouw Croft zei: ik was werkelijk weer stomverbaasd over haar benadering van het wonen boven winkels en dat dat dan gelijk weer wordt gekoppeld aan de eventuele parkeerproblemen. Als er nu één locatie

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 802