23 NOVEMBER 1995 830 De VOORZITTER Ik stel voor dat we dit voor kennisgeving aannemen en verder constateer ik dat GroenLinks om de bekende redenen tegen is. De heer SCHRODER Het bekende voorbehoud. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van GroenLinks geacht wenst te worden te hebben tegengestemd. 251. LOCATIEKEUZE PARA CHASSÉTERREIN. Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE Voor de locatiekeuze PARA kunnen we stellen: eindelijk. Want het is een lange weg geweest die men is gegaan. Voorop kunnen we stellen dat PARA een bruisend popgebeuren in Breda is, die ook een goede accommodatie verdient. Daarover zijn we het, denk ik, met zijn allen eens. De 46 locaties op papier heb ik van het begin af aan ruim veel gevonden. Drie bleven er over, alle drie op het Chasséterrein. Het proces liep helaas nog wat meer vertraging op door het verloop van de ontwerpcompetitie. De vraag nu is: in welk tempo kunnen wij de realisering van de locatiekeuze die ons nu voorstaat tegemoet zien? Het probleem is dat de raad het nieuwe voorstel voor de invulling nog niet kent, met uitgangspunten en randvoorwaarden en met daarin ook onder andere de actualisering van het programma van eisen. Toen wij op 16 november een toelichting kregen van wethouder De Bruijn kreeg ik aanvankelijk het idee dat wij het hele terrein opnieuw zouden invullen. Toen een van de commissieleden zei: blijft het campusidee van de heer Koolhaas nu nog bestaan, was het antwoord gelukkig: ja. Het PARA-bestuur is nauw betrokken geweest bij het gebeuren. Een hele lange periode en die betrokkenheid heeft ook zijn uitwerking gehad op de verdere gang van zaken. Men is tevreden als PARA-bestuur met dit alternatief van de officiersmess, alhoewel na afloop, toen ik even sprak met de mensen van het PARA-bestuur, men zei: het is nog te vroeg om een feestje te vieren, maar we zijn wel blij. Wij zijn ook blij. Maar om nu inderdaad al een feestje te bouwen is wat voorbarig en wat onze fractie betreft, eigenlijk om drie redenen. Op de eerste plaats: de definitieve toewijzing is afhankelijk van het budget, 3,3 miljoen, en nu wij geen Van Weerden Poelmankazerne hebben maar de officiersmess, moet daar toch nogal het een en ander gebeuren. Ik denk ook dat we daarin reëel moeten zijn en goed moeten kijken of inderdaad de gedeeltelijke nieuwbouw, de investering in de verbouw en de geluidsisolatie, haalbaar is binnen die 3,3 miljoen, want we moeten ons goed realiseren dat de milieutechnische condities aan dit soort gebouwen hele hoge eisen stellen. Hiermee zegt het CDA niet dat wij op dit moment willen tornen aan het vastgestelde budget, de 3,3 miljoen. Een tweede punt is de exploitatie-opzet. Dat is toch op dit moment nog moeilijk, er is nog geen besluitvorming over, omdat het ook afhankelijk is van het programma van eisen. In de derde plaats het tijdspad dat ik net heb aangegeven. Dat geeft toch ook nogal wat onzekerheden over het geheel, met name ook naar de richting van het PARA-bestuur dat daar toch ook de nodige maatregelen moet gaan treffen. En tot slot, dit alles en dat moeten we ons ook goed realiseren, is vooruitlopen op de visie van Koolhaas en we weten dat het soms met architecten wel eens moeilijk kan gaan. Een punt in dezen is dat het buitengewoon jammer zou zijn wanneer het een bunkerachtig geheel zou worden. Wij hebben aan de andere zijde van het terrein een prachtige, dat mogen we zeggen, architectoni sche hoogstand. En ook in relatie met de gebouwen en met de officiersmess-plaats, zal het een goede zaak zijn dat dat goed wordt ingepast. In principe hebben wij verder daarin vertrouwen, maar er is toch een aantal zaken waarvoor we extra aandacht vragen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 830