23 FEBRUARI 1995 87 TWEEDE TERMIJN Mevrouw CROFT-MITTELMEUER Wat kunnen we met zo'n antwoord? Ik vraag iets en ik krijg geen antwoord, het wordt in de commissie besproken. In de commissie heb ik mij geëxcuseerd, het spijt mij zeer, ik heb nu de vraag gesteld en ik krijg er geen antwoord op. Ik vind het heel jammer. Ik denk dat het een hele goede uitweg was geweest, dan had je geen artikel 19-procedure moeten volgen en dan had je ook geen voorbereidingsbesluit hoeven te nemen en dan was ook het belang van Aartsen Fruit gediend. Nu is het maar weer de vraag of het belang wordt gediend met een voorbereidingsbe sluit en daaropvolgend een artikel 19-procedure, weer een bezwarentermijn, enzovoort, enzovoort. U kent ons standpunt over artikel 19. Onze fractie adviseert dus tegen. Akkoord, met de aantekening dat de fractie van de PvhZ geacht wil worden te hebben tegenge stemd. 44. HET NEMEN VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN PERCEEL GROND GELEGEN AAN DE SLINGERWEG. Mevrouw CROFT-MITTELMEUER Weer een artikel 19-procedure. Zo'n anderhalfjaar geleden werd mij door de wethouder van Grondzaken al gemeld dat er daar een milieustation zat aan te komen en een milieustation is een goede zaak. Ik heb me natuurlijk wel terecht afgevraagd waarom in die anderhalljaar tijd niet gewoon een bestemmingsplan daarvoor zover is doorgegaan dat het al was goedgekeurd. Er ligt dus een ontwerp-bestemmingsplan dat, als het goed is, nu ter visie ligt, heb ik begrepen. Het is natuurlijk een beetje vreemd: nu weer een artikel 19-procedure, terwijl al anderhalljaar geleden aan mij is gemeld dat dat eraan zat te komen en het had toen gelijk kunnen gaan. Wij gaan er met moeite mee akkoord, niet omdat wij voor artikel 19-procedures zijn, maar omdat we wel degelijk begrijpen dat men hier met het inzamelen van al het milieu-onvriendelijke spul ergens zal moeten blijven, dus om die reden gaan wij akkoord, maar ik hoop dat de wethouder de volgende keer, als hij zoiets heeft en het mij anderhalljaar geleden zou melden, ook gelijk een bestemmingsplan opstart en niet anderhalljaar lang gaat duimen draaien. Wethouder DE BRUIJN Ik neem afstand van de laatste opmerking. Of ik met mijn duimen draai is niet interessant, want ik kan geen bestemmingsplannen Mevrouw CROFT-MITTELMEUER Het was gericht aan een collega van u, mijnheer De Bruijn, niet aan u. Wethouder DE BRUUN Nog een ander element bij dat duimen draaien: we moeten constateren dat wij een prioriteits stelling in de ruimtelijke ordening hebben rond het maken van bestemmingsplannen en als er iets tussendoor komt, ook al is dat een halfjaar of een jaar van te voren, dan wil dat nog niet zeggen dat de prioriteitsstelling die wij met de raad hebben afgesproken onmiddellijk overhoop komt te staan. Het zou nog weieens voor kunnen komen. TWEEDE TERMUN

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 87