14 DECEMBER 1995 865 De heer SCHRODER Welke uit de raad bedoelt u, u bedoelt die van GroenLinks indertijd neem ik aan? Want dat was de enige partij die toen waarschuwde, mijnheer Bokkelkamp. De heer BOKKELKAMP Mijnheer Schroder, als u nu bij alle commissievergaderingen was geweest en bij alle raadsvergaderingen en ook bij de commissievergaderingen ad hoc, dan had u kunnen weten dat ook andere partijen vragen hebben gesteld en signalen hebben afgegeven die toen werden ontkend. Dus het is niet alleen GroenLinks geweest die de vinger aan de pols heeft gehouden. De heer SCHRODER U heeft het toch altijd voor zoete koek geslikt, of niet? De heer BOKKELKAMP Echt niet voor zoete koek, mijnheer Schroder, want wij verwachten nog steeds van het college, en dat deden we ook in die tijd, dat we kunnen vertrouwen op de woorden die toen op een gegeven moment werden uitgesproken, na hele indringende vragen van wie dan ook. De heer SCHRODER En daarin bent u niet beschaamd, neem ik aan? De heer BOKKELKAMP Een oordeel zult u nog wel horen. Ik kom nu bij een hoofdstuk dat naar de mening van de VVD-fractie veel ernstiger is, namelijk het achterhouden van informatie en het ontkennen van problemen in de periode mei tot november 1994. En hierbij spreekt de VVD-ffactie niet de ex-verantwoordelijke, misschien wat naïeve, wethouder of de tweede projectwethouder aan. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Bij interruptie. Misschien volg ik het niet helemaal goed en kunt u mij helpen. U praat eerst over de periode Concordia, die liep tot oktober 1992, want toen is uiteindelijk het besluit gevallen om op het Chasséterrein een theater te gaan bouwen. Vervolgens hoor ik over de periode oktober 1992 tot mei 1994 doodse stilte en dan is het mei 1994 en dan gaan we in een keer allemaal aan de gang. Is er vóór die tijd niets misgegaan waarvoor het college aansprake lijk was of waarover u als raad iets had willen zeggen? Daarover hoor ik u niet praten. De heer BOKKELKAMP Mevrouw Croft, als u in Utrecht net zo slecht luistert als vanavond, dan wordt het niets. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Neen, u geeft geen antwoord. Als u mij een antwoord geeft, dan ben ik gerustgesteld. De heer BOKKELKAMP Ik heb als antwoord gegeven dat er een heleboel zaken zijn misgegaan, ook in die periode vooraf. Alleen, de raad is op zich adequaat geïnformeerd in die periode door de toenmalige verantwoordelijke functionarissen. Dat is ten aanzien van de periode mei tot november, en dat had u uit mijn woorden kunnen opmaken, wel anders geweest. En graag wil ik daarop wat verder ingaan als u mij daartoe de mogelijkheid geeft.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 865