14 DECEMBER 1995
876
Mevrouw HEERKENS
Ik ga door met de lessen die wij voor de toekomst daaruit hebben getrokken. Voor ons zijn
dat: dat op zich een zorgvuldig besluitvormingsproces noodzakelijk is, waarbij het zoeken
naar draagvlak essentieel is, dat kritiek serieus moet worden genomen en dat in de besluitvor
mingsfase belangen en ambities van de gebruiker moeten worden afgezet tegen het algemeen
belang, dat er een heldere projectorganisatie met duidelijke verantwoordelijkheden moet zijn
en in dat opzicht verwijs ik ook naar de motie die de heer Dubbelman heeft aangekondigd.
Inderdaad collegiaal beleid, maar geen vlucht daarin en vandaar dat ook de zinsnede is
toegevoegd dat ook die enkelvoudige verantwoordelijkheid essentieel is en tegenvallers onder
ogen moeten worden gezien en openbaar moeten worden gemaakt. Ik zou willen eindigen met
een zin die mijnheer Van de Steenoven ook min of meer in de commissie heeft uitgesproken
en waarover mijnheer Dubbelman zo tevreden was. Er is inderdaad een mooi kind gebaard.
En de heer Van de Steenoven zou dan gezegd hebben dat je het niet snel kunt terugstoppen,
maar dat heb ik voor mijzelf maar geschrapt. Maar ook de PvdA hoopt op een snelle groei
naar een zichzelf goed reddende volwassene, echter wij denken wel dat er op zich nog sprake
is van een soort puberteitsfase, en dat kan goed gaan en dat kan minder goed gaan.
De heer BOER
Wat mij altijd verbaast is dat de raadsleden toch alleen maar uitgaan van de stukken die ze
van het college krijgen en nooit zelf op jacht gaan naar informatie die je daarbuiten kunt
krijgen. Op basis van de brieven die wij hebben gehad van A.G.S. en van architect Hertzber
ger heb ik urenlang gesprekken gehad met een paar mensen en toen is mij eindelijk een beetje
duidelijk geworden hoe het nou zat. En dan heb ik het niet over het simpele dubbelbetalen,
zoals dat door D66 naar voren is gebracht, want u had er eenvoudig met wat meer informatie
achter kunnen komen dat er helemaal geen sprake is geweest van dubbelbetaling, en dat
Bakkenist dat ook eigenlijk helemaal niet zo heeft bedoeld. Dus dat is gewoon een punt van
nul en gener waarde. Wat wel van belang is, is het volgende. Er wordt een aantal processen
bij elkaar genomen en ik betreur het dat Bakkenist niet de opdracht heeft gekregen om ook de
Bibliotheek en de Nieuwe Veste te onderzoeken en ik heb net aan de heer Bokkelkamp
gevraagd: hoe komt u erbij dat het daar goed is gelopen? Hij zei: het is op tijd klaar gekomen
en binnen het budget. Dus dat is dan zo'n beetje wat de raad doet. Ik kan u vertellen dat de
puinhoop bij de Bibliotheek en de Nieuwe Veste even groot is geweest als bij de totstandko
ming van het Chassé Theater. Alleen, het Chassé Theater was een paar maten groter dan de
Bibliotheek en de Nieuwe Veste. Maar bij de Nieuwe Veste hebben een aantal mensen van de
aannemer, alsmede de adviseur van het externe bureau zich letterlijk te pletter gewerkt om de
zaken rond te krijgen. Mijn vraag aan de heer Van Heusden, toen hij met complimenten
kwam, was daarom ook: bedoelt u nu het college en niet de mensen die zich te pletter hebben
gewerkt om de zaak te redden? Neen, die mensen hebben zich dusdanig te pletter gewerkt dat
een aantal van hen op dit moment in de W.A.O. is terecht gekomen en een paar mensen
absoluut niets meer met management te maken willen hebben. Zo slecht is het gegaan. En dat
vindt u dus niet terug in het rapport van Bakkenist. Bakkenist heeft zich netjes aan zijn op
dracht gehouden. Het is een adviesbureau en het wil ook nog een keer terugkomen, het is ook
niet verder gegaan, want dat was ook niet de opdracht. Maar u had ook zelf op jacht kunnen
gaan naar informatie en dan blijkt dat er een groot aantal lijnen moet worden gecombineerd.
Ten eerste: het ambitieniveau van de schouwburgdirectie, waarop Bakkenist is ingegaan. Ik
ben teruggegaan naar 1965. Toen stond in de krant dat de VVD tegen een schouwburg was,
dat kwam nog van Ym van der Werff, die toen hoofd Cultuur was en die aangeeft dat het een
hele slechte zaak zou zijn als er een nieuwe schouwburg zou komen. Hoe kan het in de loop
der tijd veranderen, maar wij veranderen ook, dus ik kan dat goed volgen tot aan 1995. Het is
dus een project van 30 jaren.