14 DECEMBER 1995 900 vastgesteld. Dat moet in dit geval de vergadering van 2 november zijn geweest. Op dat moment wist het college dat de planning niet zou worden gehaald en presteert het dan toch nog om akkoord te gaan met de beantwoording die volstrekt anders is, namelijk: er is geen enkele reden om aan te nemen dat er een vertraging in de bouw optreedt. Onjuiste informatie. Liegen. Een politieke doodzonde. Dat geeft ons aanleiding om de verantwoordelijkheid volledig daar te leggen waar die op dit moment thuishoort, en dat is dus bij het volledige college. Wij zullen de moties van de Parel van het Zuiden ten aanzien van alle wethouders steunen. De VOORZITTER Zijn er nog anderen die een verklaring wensen af te leggen? Niet? Dan constateer ik dat de motie is verworpen. MOTIE 2, ingediend door de Parel van het Zuiden, wordt verworpen met de aantekening dat de fracties van de Parel van het Zuiden, GroenLinks en de CD geacht wensen te worden te hebben voorgestemd. De VOORZITTER De volgende motie betreft het vertrouwen op te zeggen in wethouder De Bruijn. Wenst iemand hierover een stemverklaring af te leggen? Ik veronderstel dat de heer Schroder wil herhalen De heer SCHRODER Hetzelfde, voorzitter, met dien verstande dat aanvullend nog kan worden gezegd dat ik in mijn bijdrage in de eerste en tweede termijn heb laten doorschemeren dat ik wethouder De Bruijn een zwaardere verantwoordelijkheid binnen het hele traject, in ieder geval vanaf 23 mei, heb toegedicht. Hij wist het veel eerder dan 28 oktober, laten we het daar maar op houden, dan wel hij had het moeten weten. Dus in die zin een zwaardere verantwoordelijk heid en deze motie wordt zelfs bij acclamatie door ons ondersteund. De VOORZITTER Ik constateer dat deze motie is verworpen. MOTIE 3, ingediend door de Parel van het Zuiden, wordt verworpen met de aantekening dat de fracties van de Parel van het Zuiden, GroenLinks en de CD geacht wensen te worden te hebben voorgestemd. De VOORZITTER De volgende motie, ingediend door de Parel van het Zuiden, betreft een motie van wantrou wen in de richting van wethouder Van Dongen. Wenst iemand daarover een stemverklaring af te leggen? Niet? Dan constateer ik dat ook deze motie is verworpen. MOTIE 4, ingediend door de Parel van het Zuiden, wordt verworpen met de aantekening dat de fracties van de Parel van het Zuiden, GroenLinks en de CD geacht wensen te worden te hebben voorgestemd. De VOORZITTER Tot slot de motie van de Parel van het Zuiden waarin het vertrouwen in wethouder Van Os wordt opgezegd. Ik veronderstel dat deze motie met dezelfde stemverhouding wordt verwor pen als de vorige moties.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 900