23 FEBRUARI 1995 95 De heer BOER Even ter interruptie, ik las in het geschrift dat het in 1995 zou beginnen, we zitten nu in 1995, veel vroeger kunt u echt niet meer, historisch niet. Wethouder VAN DONGEN Neen, maar er zit veel verschil in of het eind 1996 of medio 1996 wordt opgeleverd, maar dat kunt u ook uitrekenen, dat is ook nog niet historisch maar na 1996 zal dat wel historisch zijn. Ten aanzien van het evenwicht in de parkeerplaatsen heb ik in de commissie gezegd dat wij de parkeerbalans, die wij ook met elkaar bespreken in het kader van het bestuurlijk overleg binnenstad, ook ter kennis zullen brengen van de commissie Stadsbeheer, Grondbedrijf en Milieu op het moment dat die aan de orde is en waar dat evenwicht nu nog steeds bestaat. Dat geldt ook voor de tarieven. De tarieven zijn iets meer dan alleen de 1 miljoen, de tarieven zijn brede tarieven, totale exploitatie en op basis van de geraamde investeringen van de garages de uitvoerende werkzaamheden daarvan, het beheer en de handhaving daarvan, dat is de totale tariefopbouw. De 1 miljoen speelt daarin een beperkte rol, maar uitgaande van de bestaande capaciteitsopbouw van deze gemeente en de daarvoor geraamde middelen zitten de 1 miljoen in de totale begroting van het Parkeerbedrijf verwerkt. Ten aanzien van de tarieven in relatie met de regiogemeenten en het totale beleid: nadrukkelijk is in het kader van de vervoersregio ook aan de orde gesteld om die afstemming te krijgen en die afstemming vol te houden, maar uiteindelijk is het ook aan de raden van de afzonderlijke gemeenten, waar er vanuit de colleges aan wordt getrokken om dat met elkaar ook vol te blijven houden en uit te voeren. De heer BOER Even ter interruptie over die 1 miljoen, zoals ik dat net vroeg. Voor alle duidelijkheid: het is een totaalpakket, daar zit die 1 miljoen bij om het totaal sluitend te krijgen. Als ik op een gegeven moment aan één ding ga trekken, dus de tarieven die een van de meest belangrijke bases zijn van het parkeerbeleid, dan moet ik volgens mij aan die 1 miljoen komen. En ik begrijp nu dat de wethouder dat nog anders wil oplossen door het een ondergeschikte plaats in het geheel te geven. Wethouder VAN DONGEN Neen hoor, als u aan de tarieven wilt komen, dan hoeft u niet aan die 1 miljoen te komen. U kunt ook besluiten, beleidsmatig, parkeergarages niet te bouwen of dat soort dingen niet te doen, dat kunt u besluiten, maar in die zin is de discussie: als we het beleid hebben vastgesteld, wat we uitvoeren, dan is dat inclusief parkeergarages, inclusief fietsenstallingen, inclusief de 1 miljoen, inclusief beheer en handhaving, dat totale pakket dat is vastgesteld. In die zin ook nog in de richting van de opmerking van de heer Dubbelman ten aanzien van de formatie van het Parkeerbedrijf. Ik heb u toegezegd, ook in de commissie, dat wij zeer zorgvuldig omgaan met de aanstelling van mensen en niet mensen aanstellen als het niet nodig is en ook niet men sen aanstellen als het niet structureel nodig is, als we tijdelijk er in kunnen voorzien. Ik ga u niet toezeggen dat wij iedere formatieplaats met een notitie in de commissie zullen bespreken. Ik maak u wel erop attent: als wij capaciteit moeten inhuren bij de concerndienst, wij kennen daar ook de doorberekeningen, bij de concerndienst zit men net als de collegeleden ook niet duimen te draaien, zullen zij dus ook betaald moeten worden, dus het is niet zo dat we daar zomaar mensen kunnen weghalen die daar niets zitten te doen. Het gaat erom binnen de totale formatie maar met zo zuinig mogelijk middelen, rekeninghoudend met het werk dat er ligt, als het tijdelijk nodig is tijdelijk en als het structureel nodig is dan structureel, proberen dat in te vullen, niet onnodig. We zullen daaraan in het kader van de MARAP aandacht besteden, dan kunt u daarop reageren. Dat de heer Boer zegt dat wij niet zijn ingegaan op allerlei zaken als mantelzorg en familiekaarten: hij heeft in eerste instantie een stemverklaring gegeven en in die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 95