21 DECEMBER 1995 944 bouwplan in deze vorm niet kan, dus waarom zouden we daarin nog veel bestuurlijkeen ambtelijke tijd en energie steken? Dat alles staat dan nog los van de financiële consequenties van de herinrich ting van het plein, die voor rekening van de gemeente komen, en waarvoor in het Meerja- reninvesteringsplan geen ruimte is opgenomen. Dit zou dan ten koste moeten gaan van andere plannen. Dat geld is nog niet eens het ergste, als hieruit dan ook maar een oplossing was gekomen. Destijds heeft u gesuggereerd dat het zou kunnen via het concept-ontwikkelingsplan. Ik heb ernaar gekeken. Het staat nergens genoemd bij de ontwikkelingsgebieden, er staat niet dat dit iets anders is dan een wijk- of buurtcentrum. Ik denk dat het ook heel verstandig zou zijn, mocht u verdergaan of opnieuw beginnen met deze procedure, dat er randvoorwaarden worden opgenomen, als ware het een ontwikkelingsschets of iets dergelijks. Ik vraag mij af, en ik heb dat in de commissie twee keer aan de wethouder gevraagd, wie er heeft besloten tot vijf bouwlagen. Het is nergens toegestaan, dus wie heeft gezegd dat het hier wel kan? Waarom vijf en waarom dan niet zeven of acht? Dat is ook het gat in het plan. Dat kan niet. Als u dat wilt zult u dat in de randvoorwaarden moeten opnemen. U kunt niet zomaar beginnen, de buurt geweld aandoend. Het is op z'n minst merkwaardig dat dit plan tot stand is gekomen en het tot hier heeft gebracht. Ik wil u niet in het onzekere laten, wij zijn niet voor dit raadsvoorstel. De heer SCHELTENS Zonder in herhaling te vervallen wil ik beginnen met de reactie van Ahold, die we in de vorm van een fax op onze tafel vonden. Mijn fractie vindt die reactie onverstandig en teleurstellend. In de commissie hebben wij Ahold vanaf het begin aangeraden om dit plan mee terug te nemen, vervolgens in een soort driehoeksoverleg met betrokkenen tot een compromis te komen en dan met een nieuw plan naar voren te komen. Dat wil zeggen: overleg tussen Ahold, de gemeente en wel degelijk ook omwonenden. Wij hebben toen ook duidelijk gemaakt dat wij vonden dat de bezwaren van de omwonenden en de betrokkenen weliswaar van een veelvoud waren en vrij hard, maar dat er toch een positieve grondhouding aanwezig was om waarschijnlijk in goed overleg wel degelijk te komen tot een uitbreiding van Albert Heyn en een aanpassing van het plein. Dan was er een zogenaamd genereus gebaar van Albert Heyn door te helpen 30 parkeerplaatsen te financieren. Dat wordt dan eigenlijk een soort herinrichting van het Valkeniersplein genoemd. Het woord herinrichting vinden wij hier niet op zijn plaats. Er wordt hier en daar een boompje gekapt om 30 parkeerplaatsen erbij te maken. Dat is geen herinrichting, dat is aanpassen van een plein aan je eigen wensen. Het wordt kwalitatief alleen maar minder. Ik wil toch nog even kort opsommen waarom wij bezwaar hebben tegen deze artikel 19-procedure. De urgentie ontgaat ons volkomen, dit komt niet zomaar uit de lucht vallen, dit hoort in een bestemmingsplan thuis en op korte termijn komt dat eraan. Dus waarom niet daarop gewacht? Verder vinden wij dat het plan niet past, het is te groot en te kolossaal, te hoog, het parkeren is niet goed opgelost, ook al bouw je er 30 parkeerplaatsen bij, de aan- en afvoerroutes zijn slecht. Vooral de kruising met de Dillenburgstraat voor het aanvoerend verkeer is niet goed opgelost en de privacy in diverse tuinen en huizen is ook een probleem. Nogmaals, terugkomend op datgene waarmee ik ben begonnen in de commissie, wij begrijpen niet waarom Ahold volhardt in het volgen van deze heilloze weg. Wij vinden de meest gewenste oplossing: terug naar bijna af en komen tot een compromis. De heer VAN DE STEENOVEN Ook de Partij van de Arbeid vindt dat het bouwplan, waarvoor nu een artikel 19-procedure wordt gevraagd, de verkeersproblematiek eerder veel verder zal vergroten dan dat deze zal worden opgelost. Wij vragen ons bovendien af of het veel grotere winkeloppervlak van Albert Heyn op het Valkeniersplein ruimtelijk nu wel zo gewenst is. Ik kan mij best voorstellen dat het economisch verantwoord is, maar voor wat betreft de consequenties op andere terreinen vragen wij ons af of juist het Valkeniersplein dat kan verdragen. Immers, het Valkeniersplein is in het verleden aangelegd met een buurtfunctie en niet de stedelijke functie, die de Albert Heyn-vestiging na de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 944