21 DECEMBER 1995 948 De heer SCHELTENS Naar mijn idee zijner een paar puntjeswaarover wat misverstanden bestaan tussen de betrokkenen. In de fax van Ahold wordt constant gepraat over de voorwaarden van de gemeente, alsof die bindend of ontbindend kunnen zijn. Het zijn slechts randvoorwaarden en als je daaraan voldoet, wil dat nog niet zeggen dat elk plan dan ook een goed plan is. Dat is nu maar weer eens gebleken. Het tweede punt dat ik bij nader inzien nog even wil benadrukken is de vraag of er misschien sprake is van een communicatieprobleem. Ik heb het aldoor over drie partijen; Ahold, de gemeente en de omwonenden. Als ik het heb over die derde partij in het hele gebeuren en ik lees in de fax van Albert Heyn dat bij bewoners de mening is gepeild, dan denk ik dat dit misschien de reden is dat het is misgelopen. Dat is te licht. En als het peilen van die meningen inderdaad heeft plaatsgehad, dan is er blijkbaar niet goed geluisterd. Wij hebben heel andere geluiden gehoord en dit is bij herhaling op verschillende avonden, zowel mondeling als schriftelijk, door omwonenden vastgelegd. Ik kan mij niet anders voorstellen dan dat de mensen die in deze omgeving wonen, werken en verblijven, door Albert Heyn serieus moeten worden genomen. Anders kan Albert Heyn weieens te maken krijgen met een soort consumentenboycot en ik ben bang dat ze dan maar 27 klanten overhouden, inderdaad, de bewoners van de appartementen. Er wordt elke keer gepraat over aanpassen en bijschaven. Tijdens de commissievergadering heb ik dit ook al gezegd en ik herhaal hier dat een schetsontwerp heel snel een voorlopig ontwerp en vervolgens een definitief ontwerp wordt. Naar ons idee werkt bijschaven en aanpassen niet bij dit plan, met andere woorden: terug naar af. De heer VAN DE STEENOVEN In aansluiting op de opmerking van de heer Scheltens denk ik inderdaad dat de bezwaren hier zo fundamenteel zijn dat je die later niet meer even kunt aanpassen door bijvoorbeeld iets te doen in de verkeerscirculatie, of in het overleg iets te wijzigen aan de hoogte van het gebouw. Het hoofdprobleem, namelijk de verkeersaantrekkende werking van zo'n groot Albert Heyn-filiaal, ligt er als we doorgaan met zo'n artikel 19-procedure. En dan moeten we daarna maar zien of we dat überhaupt kunnen oplossen. Ik heb daarover mijn twijfels, dus wat dat betreft blijft mijn fractie bij het bezwaar tegen deze procedure. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Om even bij de heer Van de Steenoven aan te sluiten, ik vind het opvallend dat u zegt dat aan de hoogte van dit bouwplan niets meer valt te veranderen. Maar van het gebouw aan de St. Ignatiusstraat worden straks misschien een paar verdiepingen afgehaald als de schaduw te ver valt. Ik vind het heel verwonderlijk hoe sommige partijen met verschillende bouwplannen omgaan. Ik vind het jammer dat de wethouder niet is ingegaan op mijn vraag over de toezeggingen die aan Ahold zijn gedaan. De brief liegt er niet om, of de brief liegt er wel om, dat hoor ik dan ook graag. Als er niets is gedaan wil ik dat graag genotuleerd zien, want als er later schadeclaims komen en er staat zwart op wit dat Albert Heyn wel degelijk toezeggingen heeft gehad van de gemeente, dan kunnen wij nog eens een motie van wantrouwen indienen, in de zin van; ziet u wel, de wethouder heeft weer gelogen. Maar dit moet dan wel in het verslag staan. Dus ik wil graag antwoord op die vraag hebben. De heer DE LEEUW Waar haalt u dat woordje 'weer' vandaan, mevrouw Croft? Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Bij Bakkenist is er ook gelogen, dus er wordt weer gelogen. Ik weet dat u dit niet zo heeft ervaren, maar dat is in ieder geval onze mening.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 948