29 FEBRUARI 1996 102 en dan nul op het rekest krijgt. Een laatste punt, ook terugkijkend naar het verleden, is de BredaPas. Strikt genomen is dit een uitvloeisel van het minimabeleid, maar in dit voorstel vind ik dat het er heel vreemd uitziet. De fractie van GroenLinks heeft bij de invoering van het leenkwartje voor de bibliotheek nadrukkelijk gewezen op de positie van de minima. Wij hebben toen aangegeven dat dit kwartje in feite kostenverhogend zou werken, hetgeen vanachter de collegetafel te vuur en te zwaard werd bestreden. Dat zou niet juist zijn, het zou per saldo voor de gemiddelde lezer op hetzelfde neerkomen. En nu wordt er min of meer gezegd: het gaat voor de minima toch wel erg veel kosten, kennelijk hebben die erg veel tijd om te lezen, dus dat zal een budget moeten worden van 200.000,—. Mevrouw HEERKENS Een aantal fracties heeft bij de behandeling van de voorstellen over de bibliotheek juist gevraagd om een voorziening voor de minima in het kader van de Stadspas of wat dan ook. Dus toen is dat al aan de orde geweest en het is nu niet ineens uit de lucht komen vallen. De heer SCHRODER Dat weet ik. Maar ik vind het onjuist om in de ene raadsvergadering een tariefsverhoging van de bibliotheekgelden in te voeren, en die de maand daarna voor een bepaalde doelgroep ongedaan te maken met minimageld. Ik vind dat een verkeerd beleid, hierover had beter moeten worden nagedacht. Voorzitter, laat heel erg duidelijk zijn dat de fractie van GroenLinks dit stuk voor stuk sympathieke doelen vind, maar de manier waarop het hier wordt uitgedeeld kan onze goedkeuring niet wegdragen. Mevrouw HEERKENS Op zich is het een goede zaak om overschotten te beperken. De W.V. G.-reserves waren toereikend om een extra financiële inspanning te leveren, zoals in dit voorstel wordt verwoord. Bij de bijzondere bijstand bleef ook voor ons de vraag over of toch niet dat gedeelte had moeten worden gereserveerd voor de nog tot stand te komen nota Armoedebeleid. Maar de wethouder heeft in de commissie gezegd dat, als zou blijken dat het Rijk ons meer ruimte geeft voor wat betreft het minimabeleid en de armoedebestrijding, wij die ruimte dan ook zullen gaan benutten, wellicht via het inzetten van een deel van de gelden voor het grote stedenbeleid. Daarin heb ik dan ook alle vertrouwen. In ieder geval zal dat onze inzet zijn. Er blijft één aspect over, waarover ik nu ook weer verschillende fracties heb gehoord: de koudetoeslag. Onze fractie, en ook de Parel van het Zuiden, heeft hierover artikel 48-vragen gesteld. Ik neem aan dat u daarop vanavond nog niet concreet kunt antwoorden. Het isbekend dat men via de bijzondere bijstand een toeslag kan krijgen. Dat heeft minister Melkert ook aangegeven. Maar wij hebben gevraagd om actief te zijn bij de uitvoering. En als mensen worden geconfronteerd met een hoge energierekening, om op dat moment ook een eenvoudig aanvraagformulier mee te sturen. Toen kon u daarop geen antwoord geven. U hebt toegezegd om u hiervoor in te spannen. Ik hoop dat u wat dat betreft vanavond een toelichting kunt geven, want dat is in de commissie nadrukkelijk aan de orde geweest. Verder wachten wij met belangstelling de antwoorden af op de door ons gestelde artikel 48-vragen. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Aangezien het een voorstel isdatverschillendebesluiteninzichheeft, hebben wij ook verschillende sprekers voor dit onderwerp. Als eerste spreker wil ik het ijs even breken. Het gaat met name om het punt van de BredaPas, ik zal maar meteen ter zake komen, in relatie tot het bibliotheek kwartje dat dan zou moeten worden gecompenseerd. Voor de rekenaars onder ons heb ik een alleraardigste motie in elkaar gezet. Helaas is hierin een storende fout geslopen, aangezien ik op de computer heb zitten rekenen en toen ben vergeten om één zin weg te halen. In het originele exemplaar van de motie is deze zin doorgestreept, maar de motie is jammer genoeg al gekopieerd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 102