19 JANUARI 1996
11
dat het is gebeurd tijdens uw installatie. Het had echt een feestelijke gebeurtenis moeten zijn. Wij
keuren deze motie dan ook af.
De heer HEEREN
Ik ben gelukkig met de benoeming van de heer Rutten als burgemeester van Breda. Die
vertrouwenscommissie, waar het nu over gaat, vind ik de grootste grap van 1995. Het is ook zo
dat die vertrouwenscommissie niet democratisch is ingesteld. De CD zijn er van het begin af aan
van buitengesloten. Ik vraag mij af of we zo'n vertrouwenscommissie nog wel serieus kunnen
nemen.
De VOORZITTER
Ik kijk even in de richting van de heer Schroder. Ik constateer dat de steun voor de motie erg gering
is.
De heer SCHRODER
Het kijkje in de keuken zou misschien ook de stemmingsprocedure kunnen omvatten.
De VOORZITTER
Betekent dat dat u de motie handhaaft en in stemming gebracht wil zien? Dan gaan wij over tot
de stemming met betrekking tot deze motie. Wil men in herhaling vervallen, of mag ik constateren
dat vóór zijn de leden van de fractie van GroenLinks en tegen de overige leden van deze raad?
Ik hoor niemand protesteren en daarmee is deze motie verworpen.
De motie, ingediend door GroenLinks, is verworpen, met de aantekening dat de fractie van
GroenLinks geacht wil worden te hebben voorgestemd.
De VOORZITTER
Mag ik dan nu uiteindelijk de heer Rutten uitnodigen om zijn installatierede te houden?
De heer RUTTEN
Dames en heren leden van de raad, dames en heren Bredanaars, mijnheer de Commissaris van
de Koningin, Monseigneur, dames en heren ambtsgenoten, dames en heren ereburgers, heren ambts
voorgangers, Middelburgers, familieleden, vrienden en genodigden. Ooit was een benoeming vanuit
Breda naar Middelburg een promotie. Er zijn er overigens die dat nog vinden. Niet langer, het
is al eerder gezegd, zal ik korpsbeheerder van de regionale politie zijn en ook niet langer geniet
ik de eer en het genoegen het ambt in een provinciehoofdstad uit te oefenen, maar ter compensatie
is Breda bisschopsstad en zijn de huizen hier verschrikkelijk duur. De strategische positie van
Middelburg in de tijd dat de trafiek per zeilschip plaatsvond leidde ertoe dat de vestingstad aan
de Arne in de Gouden Eeuw de tweede haven van Staats Nederland was: vier zetels in de VOC,
Amsterdam had er acht en alle andere VOC-steden, zoals Delft en Dordrecht, hadden slechts één
zetel. Breda en het andere Haagje kwamen in die lijstnog helemaal niet voor. Inde 19e eeuw wordt
stoomaandrijving op schepen algemeen; men is niet langer afhankelijk van in de luwte gelegen
havens. De vijandelijkheden met België bezorgen de Schelde, vanaf de Middeleeuwen de belang
rijkste economische slagader van West-Europa, een dodelijke beknelling. De by-pass wordt Nieuwe
Waterweg genoemd, de oude rijke steden aan de Schelde geraken in een diepe maar schone slaap.
De aanleg van een nieuw kanaal naar Middelburg, de komst van de spoorlijn, het mocht niet meer
helpen. Niet of nauwelijks, zo leert ons de geschiedenis, laten economische ontwikkelingen en
bewegingen zich sturen. Gemeentelijke inspanningen hebben maar beperkt effect. Roepen dat ze
het centrum van de wereld zijn, hetgeen geografologisch niet eens ontkend kan worden, ik hoorde
het vandaag weer, doen slechts die gemeenten, die meesloffen in het peloton der naamlozen. Met