19 JANUARI 1996
14
niet als fulltimer betaald. U kunt daarom geen volle dagen aan het raadswerk besteden. Daarom
zultu slechts op hoofdlijnen kunnen besturen met als vertrouwde vooruitgeschoven post het college
datervoor zorgt dat u uw taak fysiek kuntuitoefenen. Elke raad verklaart telkenmale op hoofdlijnen
te sturen, maar in de praktijk blijkt dat raadsleden zich vaak niet behaaglijk voelen bij deze zelf
opgelegde maar o zo onvermijdelijke beperking. Hoe meer u in detail gaat en hoe gevoeliger u
blijkt te zijn voor NIMBY en NIVEA-beïnvloeding, dat laatste is niet in mijn voor- én achtertuin,
hoe minder dynamiek uw bestuur kenmerkt. Het telkenmale aan u houden van bijvoorbeeld
artikel 19 W.R.O.-beslissingen verlamt de slagvaardigheid. Ik zal mij helemaal inzetten in het belang
van de sfeer en de verhoudingen in de raad. Ik hoor te gelegener tijd graag wat uw opvattingen
dienaangaande zijn. Tot mijn vreugde zie ik mijn drie voorgangers: Merkx, Feij en Nijpels.
21 jaar geleden, (ik ging maar eens solliciteren op Nuth) bezocht ik Frans en Josée Feij in Melick.
Hij zag meteen dat hij een veelbelovend jongmens voor zich had. Via de waterschapswereld had
ik veel later de eer Wim Merkx te ontmoeten en Ed kende ik al eerder dan hij mij en dat is ook
trouwens ook al lang geleden. Natuurlijk kruip ik niet uit mijn huid en ik wil ook graag mezelf
blijven, maar een beetje van de burgervaderlijke populariteit van Merkx, de daadkracht en
koopmanskunst van Feij en het aanstekelijke jeugdige elan van Nijpels zouden mij goed van pas
komen. Mijn oudste herinneringen aan Breda stammen uit de 50-er jaren, toen buitenlandse
vakanties voor gewone mensen nog niet bestonden. Het was er chique en mooi. Wij logeerden
vele vakanties bij tante Marietje in de Saksen Weimarlaan. Het is heerlijk dat zij hier vandaag
ook is samen met mijn vaderDat mijn schoonouders in goede gezondheid deze zoveelste installatie
meemaken is natuurlijk evenzeer een voorrecht. Mag ik de heer Ouwerkerk, die zo mooi het
Koninklijk Besluit van mijn benoeming voorlas, bedanken voor de wijze waarop hij en zijn mede
werkers mij tot op heden zijn toegetreden? Mag ik de heer Van Raak mijn erkentelijkheid uitspreken
voor de plezierige wijze waarop hij mijn overgang vergemakkelijkt heeft? Het past mij ook hem
namens u allen te bedanken voor de voortreffelijke wijze waarop hij de afgelopen maanden heeft
waargenomen. Mag ik de heer Taks en via hem alle raadsleden danken voor de hartelijke wel
komstwoorden voor mijn vrouw en mij? Mag ik ook de heer Schroder bedanken voor het fietsboekje
dat mij is aangereikt? Ik zal het gaan onderzoeken. En over de motie zal ik zelf nu maar niet
uitweiden. Dat doen we nog wel eens samen. Mag ik over uw raadshoofden heen alle mensen in
Breda, Middelburg, Nuth en Sittard bedanken voor de zeer vele reacties en cadeaus die ons zijn
aangereikt? In Breda zal ons huis minstens een wijnkelder moeten bevatten. Dat krijg je als de
kranten je Bourgondische inslag vermelden. Mijn vrouw en ik namen vandaag precies een week
geleden afscheid van Middelburg, met veel emotie en zeer gemengde gevoelens. Voor mijn vrouw
hoefde de overgang eigenlijk niet. Ze volgt mij toch en geeft een heleboel prijs van wat haar lief
is. Die liefde zal ik haar betaald zetten, mogelijk met een nieuwe fijne omgeving, alleen weet ik
nog niet waar. Laten we elkaar bij de hand nemen en aan de slag gaan in het belang en om het
geluk van de mensen van Breda, van West-Brabant en van onze kinderen. Ik dank u zeer.
APPLAUS
Hierna volgt de overhandiging van de voorzittershamer aan burgemeester Rutten.
De VOORZITTER (burgemeester Rutten)
Het schijnt dat deze speech nodig was om helemaal perfect gekleed verder te kunnen. Ik heb nu
de hamer in handen, en u hoort dat ik daarmee heb getikt. Ik mag het woord geven aan de heer
Van Raak voor nog enkele mededelingen en berichten. Ik meld zelf even, ik hoop dat u dat niet
is opgevallen, dat ik snipverkouden hier naartoe kwam. Met allerlei hulpmiddelen schijnt het toch
gelukt te zijn. Mijn bijzondere dank voor uw aandacht daarbij, ik geef nu graag het woord aan
de heer Van Raak.