28 MAART 1996 219 ga vervolgens pas maatregelen treffen als ze zijn vastgesteld. Dat is de juiste gang van zaken. Nu wordt het omgedraaid. Wij gaan nu al een krediet uitgeven om te kijken hoe wij de fietsen en de bussen laten rijden. Wij willen helemaal niet zeggen dat wij ertegen zijn om fietsen en bussen goed te laten rijden, maar doe het dan wel in de juiste volgorde. Wij hebben dat ook duidelijk aan de orde gesteld in de commissievergadering. Wij zijn tegen het weggooien van dit soort geld. Dit geldt voor punt 67 en ook voor punt 68. Dit geld moet door de Bredanaars worden betaald en er valt weinig rendement uit te halen. Wij willen het college eigenlijk verzoeken om dit voorstel nu nog van de agenda af te halen. Wij hebben in eerste instantie vastgesteld dat het fout was en wij hadden er misschien meer geluk mee gehad als het was verdwenen, zodat het na een nachtje slapen nog was goed gekomen in het college. Eigenlijk is het gewoon voorbarig. Tijdens de beantwoording in de commissie zei wethouder Van Dongen dat het college nu al weet hoe de rijrichting straks wordt met het Verkeerscirculatieplan. Dat is toch zeer ernstig in de richting van de burgerij en de ondernemers, die allemaal nog inspraak denken te hebben over zo'n plan. Wethouder Van Dongen zegt gewoon: "Het gaat die kant op en daar gaan wij nu de plannen al op maken." Ik vind dat heel kwalijk en dat wil ik toch wel een keer gezegd hebben. Wij zijn dus tegen de voorstellen 67 en 68. De VOORZITTER Vindt u het goed dat wij voorstel 68 dan meteen maar meenemen? U hebt daarover nu ook al uw woordje gezegd. Iemand anders nog over punt 67 of 68? Mijnheer Schaap? De heer SCHELTENS Dat lijkt mij een Freudiaanse vergissing. De VOORZITTER Dat komt door die kalveren, begrijpt u? De heer SCHELTENS Ik zal mij niet laten verleiden tot woordgrapjes over uw naam, voorzitter. Ik wil nog even heel snel spreken over het voorstel inzake het planontwikkelingskrediet voor de fietsvoorzieningen. In de commissie hebben wij hierbij uitvoerig stilgestaan. Wij vinden elke gulden die wordt uitgegeven aan fietsvoorzieningen een goed bestede gulden. Wat ons betreft mogen dat rijksdaalders worden. Wij vinden wel dat er nu genoeg nota's en notities zijn geschreven. Wij vinden dat het nu tijd wordt om actie te gaan voeren op alle fronten. Dus grote plannen, kleine plannen, maar ook op kleine schaal, districtsgewijs allerlei zaken aanpakken. Ik wil ook nog even constateren dat wij erg blij zijn met het hernieuwde contact met de E.N.F.B. Wij hopen dat, voordat er plannen en notities worden gemaakt, er overleg met de E.N.F.B. plaatsvindt. Kortom, wij vinden het een positieve ontwikkeling. De VOORZITTER Nogmaals mijn excuses voor de vergissing, mijnheer Scheltens. Het was echt geen grapje. Wethouder DE BRUIJN De motivering die de heer Scheltens aangeeft is voor het college de reden om niet in te gaan op het verzoek van mevrouw Croft. Het college is van mening, en ik denk dat de heer Scheltens dat onderschrijft, dat er op dit moment voldoende zaken zijn die nu al kunnen worden aange pakt, zonder dat deze vooruitlopen op de verkeerscirculatieplannen, die op dit moment in ontwikkeling zijn. Daarop zullen wij nog nadrukkelijk terugkomen en deze zullen nog extra investeringen vergen. Met de E.N.F.B. hebben wij een vergaderschema afgesproken en tijdens onze besprekingen zullen ook de uitkomsten worden besproken van de onderzoeken, die hier worden voorgesteld. In overleg met hen zal de prioriteitsstelling worden vastgesteld. Wij blijven contact houden met de E.N.F.B., ook op het uitvoeringsniveau.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 219