25 APRIL 1996
257
die, wat mij betreft, hetzij bevredigend, maar in ieder geval acceptabel, zijn beantwoord. Daarop
zal ik nu op dit moment ook niet meer terugkomen. Andere punten die in de besluitvorming staan,
en dan noem ik het gewijzigde programma van eisen, een beschrijving van de procedure en het
communicatieplan, zijn wat de CD A-fractie betreft akkoordWat nu op tafel ligt is voor onze fractie
een goede startpositie richting voorlopig ontwerp. Wij kijken dan ook met veel belangstelling uit
naar het moment van het presenteren van het voorlopig ontwerp, maar we zullen het ook heel
kritisch blijven bekijken. Wat dat betreft denk ik dat we ons moeten realiseren dat het voorlopig
ontwerp een van de laatste momenten is om heel nadrukkelijk naar dit plan te kijken en daar
verdergaande invloed op uit te oefenen, maar het kan van de CD A-fractie dus een positieve reactie
verwachten.
De heer MARÉE
De stedebouwkundige visie van Koolhaas en de zijnen geeft de gemeente Breda een mooie kans
een groot militair terrein te veroveren voor de binnenstad, met de nadruk op de termen 'kans'
en 'veroveren'. Want we beslissen vandaag over een visie. Willen we deze visie daadwerkelijk
gerealiseerd zien dan kunnen we als gemeente nu niet achterover leunen en de plannenmakers hun
gang laten gaan, we zullen alert moeten blijven. Er ligt de druk van een zwaar pakket van eisen
op het Chasséterrein. In de intentieovereenkomst wordt gesproken van een woonwijk van circa
800 woningen. Het mag duidelijkzijn dat dit aantal, dat hoger is dan tijdens de ontwerp-competitie,
voortkomt uit de wens om het terrein budgettair neutraal te ontwikkelen. Voor D66 is dit aantal
dus ook geen streven in de zin van terugdringing van het woningtekort. Voorop staat, zoals dat
ook als belangrijk punt in het programma van eisen is opgenomen, dat het terrein naast de
woonfunctie een belangrijke verblijfsfunctie krijgt voor de bezoekers van de binnenstad. De
verblijfskwaliteit van de openbare ruimte zal daarom niet moeten lijden onder het aantal extra
woningen. De recreatieve druk op de binnenstad is daarvoor te groot en de intrinsieke waarde
van het Chasséterrein te hoog. Het getuigt van lef bij het bureau OMA om de gebouwen op de
tenen te laten staan, en zo extra ruimte te creëren op het maaiveld voor de openbare recreatieve
functie. Maar ik ontkom toch niet aan de vergelijking met een ballerina op spitzen: als zij lijdt
aan overgewicht zal het haar veel moeite kosten om van elegante danspassen geen misstappen te
maken. Wat dit betreft ligt er een grote uitdaging en verantwoording bij de ontwerpende architecten.
Wij verwachten daarom ook van Koolhaas dat hij in de commissie WAM de invulling van zijn
visie als een waakhond in de gaten zal houden. Het plangebied raakt op verschillende terreinen
ontwikkelingen die nog volop in beweging zijn. Ik noem het Breda's Museum, de PARA-locatie
en de uitbreiding van hotel De Keyser, waarvan ik zeer recent te horen heb gekregen dat daarover
positieve geluiden zijn gevallen. Ik ga niet in op de consequenties van al deze ontwikkelingen,
maar zou willen concluderen dat in al deze gevallen geldt dat gedurende het proces een continue
afstemming van de verschillende partijen van groot belang is voor het welslagen. Ik verwijs hiervoor
dan ook naar de intentie van de antwoorden, en wat de heer Sinke een matrix noemt en ik toch
maar even reacties op de ontwikkelingsvisie wil noemen, die we onderschrijven. Nog niet genoemd
is de Kloosterkazerne. Wij geven OMA gelijk in haar resolute neen tegen de oorspronkelijk
geplande evenementenhal in de hoek tussen de Kloosterkazerne en het Theater. Maar de
consequentie hiervan, namelijk het overkappen van de cour van de Kloosterkazerne en hierin dan
deze evenementenhal projecteren, bezien wij nog steeds met enige terughoudendheid. Het is voor
ons echt de aller-, allerlaatste oplossing en wij hopen daarom nog steeds dat zich andere
mogelijkheden zullen aandienen. Mocht het toch zo zijn dat we met een overkapping zullen moeten
instemmen, dan wel onder een aantal strikte condities. De adviezen hierin van de Rijksdienst voor
Monumenten zullen voor ons zwaar wegen en architect Hertzberger zal bij de bouw betrokken
moeten worden. Ook het uiteindelijk gebruik zal zodanig moeten zijn dat de kwaliteit van de bin
nenplaats en van het aangrenzend theatercafé overeind blijft. Wij pleiten conform paragraaf 4,
punt 11 van de wijziging op het programma van eisen voor gedifferentieerde woningbouw op