25 APRIL 1996 262 Tenslotte zou ik met nadruk nog eens een keer willen vragen, en ik vind het toch jammer dat dat in de tekst van de wijzigingen op het programma van eisen staat: praat niet over 600 plus 200, maar zeg: we gaan uit van 600 plus die plaatsen die volledig worden gefinancierd, en niet alleen in de stichting, maar ook voor wat betreft de exploitatiekosten, door eventueel andere initiatiefne mers, bijvoorbeeld een hotel. Maar maak niet gelijk die opening in het programma van eisen dat we naar 200 moeten. Daarbij zou ik het willen laten in eerste instantie. Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Wat betreft het Chasséterrein willen wij het volgende standpunt handhaven en dat is: vol is vol. Daarbij leggen wij niet de nuance die andere partijen er wel eens bij leggen. De essentie is datgene wat de bewonersorganisaties, zoals de Gouden Cirkel en diverse andere zoals de B.N. A.hebben gezegd: is het nu niet verstandig om het een beetje leger te laten en dan maar het negatieve financiële resultaat er voor lief bij te nemen, als je daarbij een mooier stedebouwkundig verhaal zou kunnen krijgen? Ik probeer het expliciet een beetje zo te brengen in dat vol-is-vol-verhaal om daarmee de tendens aan te geven die wij bedoelen. Je zou kunnen zeggen: inderdaad, met wat minder zou het wat mooier kunnen zijn. Ik wil de besluitpunten van het voorstel aan de orde stellen en niet de volledige inhoudelijke zaak, want die is al in de commissie volledig aan de orde geweest. Een aantal punten hebben ook de anderen al genoemd, zoals het programma van eisen. Wij vinden dat het nog nooit eerder is besproken, het is afgelopen dinsdag aan de orde geweest. En dat is ook het enige wat ik kan zeggen: het is aan de orde geweest, het is niet zo dat het in een echte discussie is geweest, want het merendeel van de punten die erin stonden zijn al in eerdere besluiten vervat. Dus het is er al langsheen gevlogen. Over de problemen met de Kloosterkazerne hebben wij expliciet vragen gesteld. In de commissievergadering hebben wij er geen antwoord op gekregen. Wij vinden dat uitermate problematisch want wij verwachten dat wij straks, als het met de Kloosterkazerne helemaal misloopt, en die geluiden beginnen er langzaam maar zeker op te lijken, misschien een hele andere situatie zouden kunnen krijgen op het Chasséterrein, een hele andere invulling, een hele andere participant, en misschien wel zelfs een hele andere financiële situatie. Nog een probleem is het probleem met hotel De Keyser en het Nonnenveld. Dat is allemaal voor later. Ik denk veel eerder dat het nü aan de orde moet zijn in de stedebouwkundige opzet. We praten nu over stedebouw, niet over een voorlopig ontwerp en niet over een definitief ontwerp. Ik denk dat je in je stedebouwkundige opzet die problemen moet zien weg te werken, niet alleen in een matrix. De problemen met de parkeergarage zijn ook door iedereen aan de orde gesteld. We komen uiteindelijk terug bij de besluitpunten: 1"Het kennisnemen van de matrix"Dat zou de raad en de insprekers te kort doen. Wij denken dat de matrix, voor zover er al überhaupt veel in staat, in ieder geval richtinggevend moet zijn. We zouden best kunnen kennisnemen van het stedebouwkundig ontwerp, zoals het er nu ligt, maar de matrix zou ook een zware rol daarin moeten hebben, want dan kun je zeggen dat het inderdaad de reactie is van de bevolking, de groeperingen en de politiek op dat stedebouwkundig ontwerp. Beide, zowel het stedebouwkundig ontwerp als de matrix, moeten uiteindelijk gaan leiden tot een voorlopig ontwerpAls je er alleen maar kennis van neemt, dan geef je die matrix een ondergeschikte rol en wij vinden dat die matrix een belangrijke rol moet hebben. 2. "De Nota van Wijzigingen van het programma van eisen vaststellen". Ik denk dat dat veel eerder had moeten gebeuren. Ik ga even terug naar het begin van het raadsvoorstel, waarin staat hoe het raadsbesluit van 21 september 1995 luidde, waarbij bij het derde punt staat vermeld: "Ter uitwerking van het besluit als bedoeld onder punt 2, burgemeester en wethouders op te dragen zo spoedig mogelijk aan de raad ter besluitvorming een voorstel voor te leggen, waarbij ingegaan wordt op de nader te stellen uitgangspunten en randvoor waarden, waaronder begrepen actualisering van het Programma van Eisen en de invulling van het verdere besluitvormingsproces." Dit had in ons oogpunt eerder moeten gebeuren, vóór de presentatie van het stedebouwkundig ontwerpwant dan had je een aantal eisen kunnen vaststellen, en nu is het er gewoon langsgevlogen, zoals wij al eerder hebben gezegd. Het derde punt: "In

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 262