25 APRIL 1996 300 TWEEDE TERMIJN De heer PEETERS Ik stel vast uit het betrokken betoog van de wethouder dat hij er voor gaat. De heer VAN HEUSDEN Ik heb nog steeds geen bedrag gehoord. Als hij naar de Provincie gaat om subsidie of als hij naar sponsors gaat zal hij toch ook een bedrag moeten noemen hoeveel het ongeveer moet gaan kosten? Ik kan me geen sponsor voorstellen die zegt: mijnheer Van Dongen, gaat u maar uw gang, het maakt niet uit, wij betalen wel te zijner tijd. U moet toch een indicatie kunnen geven over welke bedragen het gaat? De heer VERPAALEN Als de wethouder niet heel uitdrukkelijk zegt: dit zijn de kosten, en in de toekomst hoef je niet meer aan te kloppen bij de gemeente Breda, dan kunnen wij voor zijn. Maar nu hij praat over sponsors en zo vaag blijft, zal ik, tenzij hij dat dus heel uitdrukkelijk toezegt, negatief moeten stemmen. Wethouder VAN DONGEN Ik heb in de commissie, het staat ook in de stukken, en ook nu weer gezegd dat dit de basisinrichting is waarbij de exploitatie zal plaatsvinden door de vrijwilligers van de natuur- en milieugroeperingen. Dus wat dat betreft komen we niet met extra bedragen aan bij de raad. Ik kan geen concrete bedragen noemen, waar de heer Van Heusden naar vraagt, want ik ga niet invullen wat bedrijven er voor over hebben. Dat is een wisselwerking. Het ene bedrijf zegt: formuleert u een project, dan kijken wij wat we daarvoor aan subsidie tegenover kunnen zetten, en een ander bedrijf noemt een bedrag en daarvoor moetje dan een project invullen. Dit is het basisstuk en vanuit die basis gaan we dat vervolmaken. En niet omgekeerd. Ik noem ook geen bedragen want op het moment dat we bedragen gaan noemen en concrete projecten gaan noemen, gaat u altijd vergelijken en ook andere organisaties wat we niet hebben gehad en dan zegt u: komt u daarmee bij ons? Dat doe ik dus niet. Het college stelt deze basis nu voor en vanuit die basis gaan we met subsidies, met projecten en met inzet naar de vervolmaking. De heer VAN HEUSDEN Ik zou nog even een stemverklaring willen afleggen. Ik weet dat de wethouder veel gelegen is aan deze heemtuin, dat kan ik me ook best voorstellen. Ik wil hem het niet al te moeilijk maken, wij zullen voorstemmen, maar ik vind het antwoord niet bevredigend. Akkoord. 104. PARK VALKENBERG. De heer VAN FESSEM Wij hebben vorig jaar het totaal gerenoveerde park Valkenberg mogen openen. Het is schitterend gerenoveerd, de opening was ook buitengewoon feestelijk, het was mooi weer. Ik hoop, zoals ik vroeger werd uitgelaten in het park om me daar te vertreden zoals nette jongetjes dat vroeger deden, dat dat weer terug zal komen. Ik heb daar alle vertrouwen in. Een terugkomst dus als een soort warm samenkomstgebied. Ik denk dat het theehuis hierin een goede vervolmaking is. Ik vind het alleen jammer, en met mij de hele CD A-fractie, dat die gelden uithet fonds Stadsvernieuwing, die voor kunst waren gereserveerd, nu naar het theehuis gaan. Er zal een bijzonder kundig bouwwerk komen. Ik heb begrepen dat het museum in Groningen ook door een kunstenaar is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 300