25 APRIL 1996
308
ling is uitermate ongunstig in West-Brabant. Vandaar dat vorig jaar de koppen bij elkaar zijn
gestoken en dat de zojuist genoemde partijen een Regionaal Actie Programma hebben opgesteld.
De specifieke reserve waarover we praten en waarvoor het college in dit geval dus heeft gekozen,
is juist bestemd voor initiatieven op het gebied van langdurige werkloosheidsbestrijding. Het
Regionaal Actie Programma gaat ook in die richting. Direct, en dat is ook door mevrouw Boidin
al genoemd, door het project nieuwe werkgelegenheid, leerarbeidsplaatsen, het opstapproject voor
langdurig werklozen, en ook indirect, omdat het een positieve uitwerking zal hebben op de totale
arbeidsmarkt. Ik heb diverse keren, en dat bleek ook uit de motie die door de VVD en GroenLinks
is ingediend, vernomen dat de N.V. BRIM gevraagd zou moeten worden om de kosten op zich
te nemen. Ik wijs erop dat het projectenbudget van de N.V. BRIM niet specifiek is bedoeld voor
dit soort projecten. De N.V. BRIM richt zich met name op bedrijfsvestigingen in Breda en niet
op specifieke werkgelegenheidsprojecten. Vandaar dat het college in dit geval niet heeft gekozen
voor een verzoek in de richting van de N.V. BRIM.
TWEEDE TERMIJN
De heer MAAS
De voorzitter zegt: het gaat wél slecht met de economie, omdat het slecht gaat met de werkgelegen
heid, maar ik denk dat het dan toch zuiverder was geweest om het raadsvoorstel te beginnen met:
"Het gaat slecht met de werkgelegenheid". En dan waren er misschien wat andere plannen
uitgekomen dan die er nu in het lijstje voor 1996 waren voorgesteld. Het tweede punt is dat de
BRIM niet primair gaat over de bevordering van de werkgelegenheid. Ik zou nog eens naar de
heer Meeuwissen moeten kijken of hij daarop misschien kan reageren, maar ik denk dat het best
in die zin kan worden uitgelegd dat de projecten, zoals die nu in het voorstel voorliggen, wel dege
lijk ook in aanmerking komen voor subsidiëring door de BRIM.
De heer MEEUWISSEN
Ik w il even reageren op de beantwoording van de wethouderMet zijn motiveringen voor het REAP
ben ik het uiteraard helemaal eens. Alleen ben ik het niet helemaal met hem eens dat dit project,
met name voor langdurig werklozen en met name voor SA W-gericht arbeidsmarktbeleid hierop
van toepassing isDat zal hij toch ook moeten beamen. Het college was kennelijk diezelfde gedachte
toegedaan, want in het preadvies staat letterlijk: omdat de RME eigenlijk geen financiële middelen
heeft, heeft men maar gedacht naar de bestemmingsreserve SAW te gaan. Dat is natuurlijk een
vrij negatieve formulering. Dat betekent nietdatditSAW-werkis, neen, we kunnen het niet vinden
bij RME. Dat hebben we ook niet, dat begrijp ik wel, maar dat wil niet zeggen dat het dan maar
van SAW moet komen. Voor wat betreft de raakvlakken met de BRIM denk ik dat er wel degelijk
raakvlakken zijn, en méér dan er met de bestemmingsreserve SAW zijn.
Mevrouw HEESSELS
Ook ons heeft de wethouder op dit moment nog niet overtuigd ten aanzien van de dekking van
het voorstel omdat, als je kijkt naar een tiental projecten dat daar wordt genoemd, het zwaartepunt
zich naar onze mening toch richt op de economische ontwikkeling. Daarnaast zijn wij ook van
mening dat we het werkgelegenheidsfonds, gezien alle projecten die bijvoorbeeld in het kader van
Melkert nog op ons afkomen, hard genoeg nodig hebben om daarop in te zetten. In die zin zijn
wij niet overtuigd van het feit waarom er nu uit de bestedingsreserve moet worden geput, want
als je een relatie wilt leggen tussen arbeidsmarktbeleid en de projecten van het REAP heeft dat
niet alleen te maken met het potje waaruit je de financiën haalt.