30 MEI 1996
336
waartoe we eerder in de commissie hebben besloten, ook heel zorgvuldig langs moeten lopen,
waarbij, en ik zeg daarmee niet meer en niet minder, het bedrag dat eerder is genoemd als
exploitatiebijdrage door de gemeente voor ons een richtlijn is. Er is nogal wat veranderd op het
terrein van zwembaden en ik vind dat we ook de ruimte moeten krijgen, en dat geldt ook in
financieel opzicht, om al die keuzemogelijkheden op een goede manier na te lopen. Ik ga niet alles
nalopen. Wat betreft de tariefstelling, en iedereen heeft gepleit voor een gedifferentieerde
tariefstelling, en die vind je ook terug in het aanbestedingsdocument, denk ik wel dat het heel
belangrijk is dat straks ook de toegankelijkheid voor de lagere inkomens wordt gegarandeerd. En
dat alleen al omdat die mensen te kennen hebben gegeven niet te zitten wachten op schouwburgbe
zoek of dure etentjes of wat dan ook, maar wel zitten te wachten op dat zwembad en de
toegankelijkheid daarvan. Alleen dat al vind ik een uitstekend voorbeeld op basis waarvan we toch
die BredaPas als minimapas heel goed zouden kunnen gebruiken. Als we die gaan afschaffen, dan
heb je nooit meer de mogelijkheid om juist voor de minima wat extra te kunnen doen, of je moet
echt met inkomenstarieven gaan werken, maar daarvoor zie ik hier geen draagvlak. Een ander
aspect betreft de verenigingen. We hebben daarover al een aantal keren gesproken, en zij zitten
nu weer vol spanning op de publieke tribune te wachten. Zij hebben behoefte aan garanties. En
als we straks gaan praten over de subsidierelatie tussen de gemeente en de verenigingen, dan moeten
die gesprekken zijn gebaseerd op de uitgangspunten die in de Tarievennota liggen, want dat vragen
zijOp zich begrijpen zij ook dat het daarover in het aanbestedingsdocument niet gaat, dat is verder
ook niet aan de exploitant. Waar het om gaat is het volgende. De gemeente subsidieert het verschil
tussen de kostprijs en dat wat de verenigingen redelijkerwijs zelf moeten opbrengen, en je moet
er vanuit gaan dat er in de huidige subsidiebedragen geen grote schommelingen gaan optreden.
Waarom is die Tarievennota er? Die is er omdat, als mensen moeten kiezen, en dan praatje ook
over mensen uit de lagere inkomensgroepen, het niet zo mag zijn dat de zwemsport een soort
elitesport zou moeten worden, omdat zij zelf zo gigantisch veel moeten bijdragen dat de keuze
beperkt wordt tot alleen nog maar een voetbalclub of wat anders, omdat daarvan toevallig nog
net de contributie te betalen is. Ik vind het terecht dat de zwemverenigingen daarvoor aandacht
hebben gevraagd, en ik denk dat zij ook gehoor hebben gevonden. Het lijkt mij goed, en u beseft
ook waarom wij daarnaar zo nadrukkelijk vragen, dat u dat toch nog een keer ook hier namens
het college toezegt, zodat dat ook in de notulen is terug te vinden.
De heer VERPAALEN
Wij kunnen ons vinden in hetgeen de VVD en GroenLinks hebben opgemerkt. Wij steunen de
motie van GroenLinks. Wij zijn het om een tweetal redenen bepaald oneens met datgene wat de
PvdA heeft gesteld met betrekking tot de tarieven. Wij vinden, en daarover zullen wij een motie
indienen, het uitgangspunt voor de toegangsprijs van 6,~ veel te hoog. Een normaal Bredaas
gezin, voor wie deze zwemaccommodatie destijds in wezen is bedoeld, kan dat niet opbrengen.
Dat behoor je niet op te lossen, zoals de PvdA wil, met de minimapas, zoals zij die nu betitelen.
De BredaPas is geen minimapas. Dat is een normale pas, en zo behoort die te zijn. Als de PvdA
die als minimapas betitelt, dan zijn zij er schuld aan dat deze pas zo weinig in Breda wordt
afgenomen. Want niemand wil een dergelijke pas kopen. De motie die wij indienen gaat er vanuit
dat geen toegangsprijs van 6,~ maar van 4,~ wordt gehanteerd.
De door de heer Verpaalen, namens de fractie van de Parel van het Zuiden, ingediende motie luidt
als volgt:
MOTIE 131
De leden van de raad van de gemeente Breda,
gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente
Breda;
stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt: