30 MEI 1996 350 Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER Het voorstel dat hier ligt is al een aantal keren aan de orde geweest. Wij hebben ons tegen de artikel 19-procedure verzet, om de reden dat wij er geen urgentie in konden vinden, want er stond niets, dus er viel niets te redden en er viel dus ook zeker niets urgents te herbouwen, met name niet in de categorie waarin zou moeten worden gebouwd. De woningnood is in die doelgroep niet zo groot. Daarom hebben wij gezegd, als het toch eigenlijk alleen maar een oude stelling is die er nog staat, misschien is die stelling al wel een monument waardig, dan is het niet de bedoeling om daarvan nu zo'n haastklus te maken. Maak gewoon een bestemmingsplan, en dan kun je alles met elkaar afwegen. Dit is puur een principieel punt. Er is, gelukkig voor het college, maar één bedenking binnengekomen. Ik denk dat het merendeel van de Bredanaars daar best graag een villa zou willen terugzien, maar ik weet niet of het merendeel van de Bredanaars er zo'n haastklus van zou willen maken, want daarmee hebben zij nogal negatieve ervaringen. Derhalve zijn wij dus tegen dit voorstel Wethouder DE BRUIJN Ik kan mij volledig aansluiten bij de argumenten van GroenLinks, maar niet bij de conclusie die zij daaruit trekt. Ik wil die hinkstap nog wel eens met de heer Scheltens doornemen, om te weten hoe hij die conclusie daaruit trekt. In de richting van mevrouw Crofit het volgende. Dit is een principieel punt. Wij hebben in het begin van deze procedure al aangegeven waarom het, naar onze mening, niet een haastklus is, maar waarom het wel een spoedprocedure nodig had. Dus de artikel 19. Wij hebben elkaar daarvan niet kunnen overtuigen en ik neem het daarom als een stemverklaring aan. Akkoord, met de aantekening dat de fracties van GroenLinks en de Parel van het Zuiden geacht wensen te worden te hebben tegengestemd. 120. VOORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN GEBIED GELEGEN TUSSEN DE VAN RUCKEVORSELSTRAAT EN DE POLDERSTRAAT. Mevrouw CROFT-MITTELMEUER Ik heb het in de commissie al gemeld aan de voorzitter, maar daarmee is blijkbaar niets gebeurd. Want in de motivering staat dat het ligt in de ontwikkelingsschets Belcrum/de Krogten-Zuid. De wethouder en ik zullen daarover nog een aantal vechtpartijen moeten houden, want de ontwikke lingsschets Belcrum/de Krogten-Zuid bestaat sinds drie weken niet meer. Daaraan heefthet college eigenhandig een eind gemaakt, door in drie weken tijd een bestemmingsplan uit de grond te stam pen. Puur inhoudelijk en juridisch gezien is het een heel slecht bestemmingsplan. Misschien dat daaruit blijkt dat je in drie weken tijd geen bestemmingsplan zou moeten maken, maar het is schijnbaar toch wel aardig datje met een klein ambtelijk team in drie weken tijd een bestemmings plan kunt maken. Misschien dat wij die mensen de hele dag bestemmingsplannen moeten laten maken, en hebben we binnen een jaar tijd de hele stad bedekt met bestemmingsplannen. Ik wil graag van de wethouder horen hoe hij dat nu gaat veranderen, want er bestaat geen ontwikkelings schets Belcrum/de Krogten-Zuid meer. De Krogten-Zuid heeft u al op een andere manier in een bestemmingsplan vervat. Dus daarvoor komt geen ontwikkelingsschets meer, want dat is al ontwikkeld, of vervat, of hoe je dat maar wilt noemen. Wethouder DE BRUIJN De Krogten-Zuid is meer dan het gebied waarvoor op dit moment een bestemmingsplan is gemaakt. Een bestemmingsplan dat overigens, naar aanleiding van de discussie gisteravond in de wijk, een langer traject zal belopen, maar u krijgt daarover nog schriftelijkbericht. De Krogten-Zuid is groter dan het gebied waarop het bestemmingsplan betrekking heeft, gelet op de aspecten die daarbij spelen, of dreigen te spelen. Kortom, de rest van de Krogten-Zuid, zoals die in het totaal is opgeno men, maakt nog wel degelijk onderdeel uit van de relatie met de rest van Belcrum. Vandaar dat wij, na ampele overwegingen, hebben besloten deze term hier te laten staan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 350