30 MEI 1996 362 Chasséterrein, of een Chassé Theater. Ik denk dat de problematiek daar ook een stuk minder is. Voor de bewoners is het een concrete toezegging. Met betrekking tot de hele besluitvorming over het Ignatiusterrein zijn er, denk ik, veel fouten gemaakt. Men had nooit mogen kiezen voor dit soort grootschalige onderwerpen daar, met veel verkeer erbij, als men niet tegelijkertijd bereid was geweest om een reconstructie toe te passen. Want dat is beleid maken. Je kunt niet alleen zeggen: we bouwen daar maar wat, en we wachten tot het helemaal uit de hand loopt, en dan gaan we nog eens kijken of we ergens een zakje geld kunnen vinden. Het had integraal moeten gebeuren, bijvoorbeeld via de grondexploitatie. Dat is allemaal niet gebeurd, ook dat is het werk van die oude raad, die zo'n ontzettend pak slaag heeft gekregen, en terecht dus. En dat zullen de partijen die nu in het college zitten dit jaar waarschijnlijk nog eens een keer krijgen. Zij vragen daar constant om. Die vinden dat, denk ik, prettig. Terugkomend op het voorstel: wij handhaven de motie, want wij denken dat het belangrijk is dat wij het college een beetje op weg helpen met een soort van planning, anders is het einde echt zoek. Ik denk dat het nieuwe college zeker en vast zal bestaan uit een hoog gehalte "locaio's", en daarvoor zijn de landelijke partijen ook zo bang, en dat die "locaio's" het heel goed voor elkaar zullen krijgen en heel goed zullen luisteren naar de burgers en heel goed zullen weten wat belangrijk is. De motie blijft dus gehandhaafd. Voorts had de heer Leunisse nog een klein puntje, maar daarmee komt hij na de beantwoording door het college. De VOORZITTER Dat kan dus eigenlijk niet, tenzij het een stemverklaring is. De heer LEUNISSE Ik wacht even de beantwoording van de wethouder af. De VOORZITTER Neen, we praten nu in de tweede instantie. De heer LEUNISSE Wij vinden dit een zeer belangrijk punt. Voorts zijn er heel veel mensen die bij ons hebben gereageerd en hebben gevraagd naar een hoofdelijke stemming. De VOORZITTER Goed, maar u kunt dat zo meteen ook nog als stemverklaring intrekken. Wethouder DE BRUIJN In de richting van de heer Van de Steenoven het volgende. Zijn vraag is, denk ik, de enige concrete naar aanleiding van wat ik in de eerste termijn heb gezegd, namelijk dat de nieuwe raad kan besluiten dat en wanneer, dus het tijdstip, er aan de St. Ignatiusstraat wordt heringericht De heer VAN DE STEENOVEN De nieuwe raad kan van alles besluiten, maar ik verwacht van het college Wethouder DE BRUIJN Maar niet hoe, of het er op deze manier, of zus, of zo uit gaat zien. De nieuwe raad zegt dat het bijvoorbeeld in 1998 wordt uitgevoerd, en wij bereiden het voor in die zin dat het aansluitend gebeurt op. Dan zegt de nieuwe raad: oké, dat doen we. En dan kunnen we naar de uitvoering overgaan, omdat je dan het budgettaire traject opgaat en de procedures met omwonenden en dergelijke oppakt. Wij zullen het als college voorbereiden, opdat die raad dat besluit kan nemen. De VOORZITTER Wij gaan over tot besluitvorming. In de eerste plaats beginnen we met een hoofdelijke stemming met betrekking tot de motie, ingediend door de Parel van het Zuiden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 362