30 MEI 1996
368
De door de heer Boer, namens de fractie van de Parel van het Zuiden, ingediende motie luidt als
volgt:
MOTIE (5)
De leden van de raad der gemeente Breda,
gelet op artikel 31 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen van de raad der gemeente
Breda;
stellen de raad voor zich uit te spreken als volgt:
De raad der gemeente Breda, in vergadering bijeen ter behandeling van het voorstel van
burgemeester en wethouders inzake de verkoop van een gedeelte van voormalig Valkenhorst aan
vanOpstal og Marketing B.V. te Breda voor de bouw van 40 appartementen;
overwegende dat,
het belangrijk is dat alle beleidsvoornemens geïntegreerd zijn in het totale beleid;
de plannen rondom de bouw en parkeermogelijkheid rond Valkenhorst niet geïntegreerd zijn in
de sociale woningbouw en het parkeerbeleid;
bovenstaande argumenten blijken uit het ontbreken van de sociale woningbouw en de relatie met
de parkeerbehoefte van het Valkeniersplein;
besluit:
dat er 30 sociale woningbouw op het terrein Valkenhorst moet komen en er meer parkeergelegen
heid moet komen voor het Valkeniersplein;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
Wethouder VAN DONGEN
Het college geeft uitvoering aan datgene wat is vastgesteld in het bestemmingsplan Breda Zuid-Oost,
waarin de randvoorwaarden voor de ontwikkelingen zijn opgenomen. Die randvoorwaarden zijn
bepaald door de kwaliteit van de locatie, maar ook door de gedachte opbrengst die Valkenhorst
nodig had om nieuwbouw aan de Assumburgstraat te realiseren. Tot voor de aankoop was het
in eigendom van Valkenhorst. Met de gemeente zijn afspraken gemaakt over bepaalde ontwikke
lingsmogelijkheden en bepaalde opbrengsten. Die staan tegenover elkaar. Dat zijn meerdere
miljoenen. De aankoopsom bedraagt ongeveer 2,5 miljoen, en de verkoop van de grond was
aanzienlijk minder. Dat is dus die deal die is gemaakt met Valkenhorst, en die is overeenkomstig
de bepalingen in het bestemmingsplan Breda Zuid-Oost. Er worden goede afspraken gemaakt.
Als het vanOpstal niet was geweest, dan hadden we het ook aan een ander kunnen geven. Er zijn
talloze particuliere ontwikkelaars en zelfs woningbouwverenigingen die in de duurdere sector van
alles willen realiseren. Op een gegeven moment hebben we gekozen voor vanOpstal, op basis van
de afspraken die we met hem hadden over bepaalde woningaantallen. Het college doet daaraan
recht. Ik ken de motie inmiddels nog niet, maar als zij is wat mevrouw Croft had gesteld, dan
ontraadt het college u de motie.
TWEEDE TERMIJN
Mevrouw CROFT-MITTELMEIJER
Ik begrijp dat de wethouder de raad onze motie ontraadt. Hij is nauwelijks in de gelegenheid
geweest om haar te lezen, dus hij wist ook niet wat er allemaal instond. Het typeert wel de houding
die het college heeft ten opzichte van de sociale woningbouw. We hebben hierover regelmatig