30 MEI 1996 377 De heer DE LEEUW Naast het feit dat er nogal wat juridische problemen zitten aan de mogelijkheid om het een jaar uit te stellen, is het voor een school altijd een verschrikking om een jaar in het luchtledige te hangen, en niet te weten waar je aan toe bent. De gedachtengang dat er bij dit type onderwijs sprake zou zijn van een vorm van vrije keuze, zoals je die met een normale basisschool hebt, wil ik even keihard tegenspreken. Voor iemand zover is dat hij geplaatst kan worden op, of binnen een vorm van speciaal onderwijs, is men al langs een behoorlijk lang traject gegaan. Ik spreek wat dat betreft uit ervaring. Ik vind het jammer dat dat beeld steeds zo door elkaar wordt gegooid. Nogmaals, de kwaliteit van het onderwijs wat die kinderen verdienen moet gegarandeerd blijven. Dat is ook een hele duidelijke reden. Wat ik ook jammer vind in deze discussie, en dat vond ik in de commissie al een beetje, is dat we na de briefwisseling en de bijdrage van met name GroenLinks vanavond eigenlijk met twee problemen zitten. Op de eerste plaatswat doe je ten aanzien van de denominatie van de school? Op de tweede plaats: hoe zit het met het vertrouwen in de bestuurscommissie? Ik vind dat je dan de grote broek moet aantrekken en moet zeggen: ik maak het even keihard dat er richting bestuurscommissie zo'n wantrouwen moet worden uitgesproken. Dat is, helaas, door GroenLinks nog niet gedaan. Ik zei op een gegeven moment: suggestie, en dat werd ook weer gezegd. Ik weet dat ik me niet aan de regels hield door in de eerste termijn te interrumperen, maar ik vond dat dat op dat moment moest gebeuren en daarom moest ik het even aanhalen. GroenLinks zegt dat ik in de laatste commissievergadering heb gevraagd om een denominatie-onderzoek. Dat is absoluut niet waar. Ik heb een jaar geleden daarnaar gevraagd, dus ruim voordat dit probleem aan de orde was. Dat heb ik al in eerdere termijnen gevraagd, omdat ik die bijstelling van die denominatie goed vind en omdat we aan de hand daarvan kunnen kijken waarmee we bezig zijn. De heer KRUITHOF Voorzitter, ik wil vragen om een korte schorsing van hooguit vijf minuten. De VOORZITTER We zullen die toestaan. Mevrouw CROFT-MITTELMEUER Moet u de raad niet vragen of iedereen daarmee akkoord gaat? De VOORZITTER schorst de vergadering. SCHORSING. De VOORZITTER heropent de vergadering. De heer KRUITHOF Dit is voor ons een moeilijke zaak. Het gaat ons, zoals net al gezegd, erg aan het hart. Het gaat zeker niet van harte wat ik u nu meedeel. Gezien de slechte kansen en in het belang van de doelgroep stemmen wij met dit voorstel in. Overigens, een volgende keer zullen wij, om wat voor type onderwijs het ook gaat, ons zoveel mogelijk proberen te verzetten, omdat wij vinden dat de belangen van het openbaar onderwijs duidelijk steeds meer in het gedrang komen. Hoe vreselijk wij het ook vinden, het ideaal moet wijken voor het gezonde verstand. Dit is zowaar een citaat van mevrouw Croft in de laatste commissievergadering. De heer MAAS Er wordt De Schakel geen jaar gegund in de Haagse Beemden om het nog een keer te proberen. Op zich ben ik het met de heer De Leeuw eens, voor een school is het niet prettig om nog een jaar te moeten zweven, maar ik blijf toch bij mijn mening, overigens is dat niet alleen mijn mening maar ook die van de afdeling Beleid en Onderzoek, dat er wel degelijk een leerlingenpotentieel is in de Haagse Beemden, en ik vind dat De Schakel die kans toch wel degelijk zou moeten worden gegund in de Haagse Beemden. Volgens de wethouder kan die kans niet worden gegeven, omdat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 377