1 FEBRUARI 1996
47
dering naar voren is gebracht. Overigens zitten wij en ik denk iedereen, met smart te wachten
op uw Grondnota. Daarnaar is al herhaaldelijk gevraagd. En wij verwachten dat daarin ook
een oplossing wordt geboden. Het voorstel van het CDA en de PvdA is om de zaak met
45 woningen op te lossen. En nu sluit ik aan bij wat mevrouw Van Beusekom heeft gezegd,
namelijk: als het daarmee was opgelost dan is het op de eerste plaats vreemd dat het voorstel
moet worden gewijzigd, want u had dat direct na de commissievergadering moeten overne
men. Daarom lijkt het er toch op dat men een beetje speelt voor de publieke tribune. Maar het
slaat helemaal nergens op, want daarmee los je het probleem niet op. Voorzitter, u heeft aan
het begin van de vergadering ons de druk opgelegd om kort te zijn. Ondanks het feit dat ik
graag de champagne van de winkeliers zal drinken, had ik veel liever de champagne van de
corporaties gedronken, die dan eindelijk een oplossing zouden hebben gevonden voor het pro
bleem waarmee zij zitten. Dat hadden ze nog net uit hun algemene bedrijfsreserve kunnen
betalen.
De VOORZITTER
Ik denk dat dat nog wel eens lukt.
De heer BOER
Ik vrees van niet. De corporaties zijn niet nieuw in Breda, zij hebben al jarenlang honderden
woningen in Breda gebouwd en de cijfers daarvan worden elke keer aangeleverd bij de afde
ling Volkshuisvesting. Er wordt daar op dubbeltjes gekeken als het om grotere massa's gaat.
De hoeveelheid grond is bekend. De breedte van de woningen is bekend. De bouwkosten zijn
bekend, de dakkosten, het sanitair, alles is tot op de cent bekend. En het verbaast mij dan
zeer in het bijzonder dat de wethouder niet weet hoe dat verschil van 25.000,— ontstaat,
terwijl hij echt alle cijfers van de corporaties op tafel heeft. Van die 35.000,-- heb ik
begrepen, en ik heb dat ook in eerste instantie gezegd, dat dat een onderbod is. Er is een
groot aantal bouwers in het land dat zich afvraagt hoe de corporaties voor dat bedrag kunnen
bouwen in Breda. Dus in die 35.000,— zit absoluut geen ruimte meer en die 10.000,- is
voor mij een raadsel. Het antwoord van de wethouder geeft eigenlijk aan, na zolang wethou
der van Volkshuisvesting te zijn, dat het hem naar ons gevoelen helemaal niets interesseert
wat er precies allemaal aan de hand is en hoe het allemaal wordt uitgerekend. Want dat had
hij natuurlijk al lang moeten weten en hij had ons dat ook precies moeten kunnen voorcijfe-
ren. Dat hij met het verhaal komt dat hij toevallig wel een aantal ontwikkelaars op de stoep
heeft staan om voor een huurprijs van 600,-- te bouwen, dat verbaast mij niet. Want als je
op het Chassé-terrein 700 woningen van 400.000,— laat bouwen, dan kunnen ze makkelijk
100 sociale woningen van 600,-- huur bouwen, want dat betalen ze makkelijk uit de winst.
En als u dat soort ontwikkelaars op het oog heeft, dan is het bijzonder slecht gesteld met de
volkshuisvesting in Breda en met u als wethouder Volkshuisvesting. In Tilburg, en ik heb
begrepen dat men ook bereid is om dat in Den Bosch over te nemen, gaat het anders. Als we
toch naar andere steden kijken, zoals naar Maastricht voor wat betreft het Binnenstadsplan en
naar Groningen inzake het vervoersysteem, dan raad ik u aan om naar Tilburg te kijken hoe
het daar met volkshuisvesting gaat. Want daar kunnen de corporaties gewoon bouwen en
naderhand kunnen zij aangeven hoeveel zij tekort zijn gekomen en ter compensatie kunnen zij
dan een bepaald aantal koopwoningen bouwen. Dat is het goede systeem en dat is ook het
systeem waarnaar wij zoeken. Wij hebben gevraagd naar die 100% en de mogelijkheid om die
te kunnen bouwen. We hebben het dit jaar over 440 woningen, maar we weten niet hoeveel
het er de komende jaren zijn. We hebben het over meerjarenafspraken tot 2000. Wij vinden
dat die 100% in wezen ter compensatie ter beschikking moet komen van degene die de
huurwoningen bouwt. We blijven dan van de grondprijzen af, want die moeten voor iedereen
hetzelfde zijn en dan zou de 3 miljoen van het Volkshuisvestingsfonds niet zo hard nodig